1. De schoolgids
Waarom een schoolgids?
De basisschool is een stukje van je leven. Voor de kinderen en voor jullie als ouders*. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en weer terug. Wist je dat je in de loop van de jaren je kind in totaal zo'n 8000 uur toevertrouwt aan de zorg van de basisschool? Dat is een belangrijk deel van een kinderleven. Een school kies je dan ook met zorg. Scholen verschillen in manier van werken, in sfeer en resultaten. Ze verschillen in kwaliteit. Dat maakt het kiezen niet eenvoudig. Montessorischool Zuid heeft deze gids samengesteld om jullie als ouders te helpen bij het kiezen van een school voor jullie kind. Natuurlijk is deze gids ook bedoeld voor ouders die nu kinderen op onze school hebben. Aan hen leggen we verantwoording af over onze manier van werken en voor de resultaten die we op Montessorischool Zuid halen. In deze gids vind je de antwoorden op je vragen.
Wat staat er in de schoolgids?
In de schoolgids staan de uitgangspunten van onze Montessori werkwijze en het pedagogisch klimaat. In de schoolgids kun je lezen waar de school voor staat, welke visie en uitgangspunten wij hanteren en hoe wij voortdurend de kwaliteit van ons onderwijs verbeteren. Er wordt ingegaan op de organisatie en inhoud van ons onderwijs. Er staat onder andere informatie in over de kwaliteitszorg, over de ondersteuning van kinderen met specifieke leerbehoeften, hoe de onderwijstijd is ingedeeld, de vrijwillige ouderbijdrage, de rechten en plichten van ouders en de wijze waarop de buitenschoolse opvang is geregeld. Ook vermelden we welke resultaten we met ons onderwijs behalen. Tevens vind je in de schoolgids meer praktische informatie als schooltijden, vakantieregeling, adressen etc. De gids wordt jaarlijks geactualiseerd. Van wijzigingen en verdere actuele mededelingen gedurende de rest van het schooljaar informeren we de ouders via onze ouderapp, Parro.
Wij wensen jullie en jullie kinderen een plezierige en waardevolle tijd toe op Montessorischool Zuid.
Namens het team,
Nathalie van Limborgh (directeur)
Jacobien Bückmann (directeur a.i.)
*Waar we in de schoolgids spreken van ouders, bedoelen we ook de verzorgers van kinderen.
De oudergeleding van de medezeggenschapsraad (MR) heeft op 8 oktober 2024 ingestemd met deze schoolgids.
2. Algemene informatie
Montessorischool Zuid
J.P. Coenstraat 41
1215 KN Hilversum
e-mailadres: mtsz@atscholen.nl
Telefoonnummer: 035 621 50 57
Telefonisch spreekuur: dinsdagmiddag van 13:00 tot 14:30 uur (m.u.v. vakanties)
Absentie doorgeven via Parro, de oudercommunicatie app
Vanaf 08.20 uur gaat de schooldeur open. De kinderen doen hun jas uit en hangen de jas zelf op aan de kapstok. Ouders brengen de kinderen tot aan de buitendeur van de klas. Bij binnenkomst staat de leerkracht in de deuropening van het lokaal de kinderen op te wachten en begroet elk kind. Om 8.30 uur starten de lessen.
De schooltijden zijn:
|
Groep 1 t/m 8
|
|
maandag
|
8.30 – 14.30 uur
|
|
dinsdag
|
8.30 – 14.30 uur
|
|
woensdag
|
8.30 – 12.30 uur
|
|
donderdag
|
8.30 – 14.30 uur
|
|
vrijdag
|
8.30 – 14.30 uur
|
|
Onze school heeft een continurooster. Alle leerlingen lunchen tussen de middag op school. Tussen de middag maken we gebruik van Bink Kinderopvang. De pedagogisch medewerkers van Bink begeleiden de lunch of het buitenspelen voor de leerlingen van groep 3 t/m 8 en/of het lunchen van de leerlingen van groep 1/2. Tijdens het toezicht van de pedagogisch medewerkers van Bink Kinderopvang hebben de leerkrachten pauze.
De school staat in Hilversum Zuid, in het gebied tussen de Diependaalselaan en de Kolhornseweg. De hoofdingang bevindt zich aan de J.P. Coenstraat, een smalle straat midden in een woonwijk met eenrichtingsverkeer. De achteringang is gelegen aan de Piet Heinstraat. De leerlingen komen uit alle wijken van Hilversum, het merendeel uit Zuid. Er komen ook leerlingen uit de omliggende gemeenten.
Als je de school binnenstapt sta je in de centrale ruimte, hier bevindt zich ook de bibliotheek. In de hallen zijn veel werkplekken voor de leerlingen. De school beschikt over 15 leslokalen en een speellokaal voor de onderbouw. Het is een overzichtelijk, kindvriendelijk en veilig schoolgebouw. Er zijn speelplaatsen gecreëerd voor jongere en voor oudere kinderen. Rondom de school staan bomen en struiken. Voor groep 3 tot en met groep 8 is er geen eigen gymnastieklokaal op het terrein. Er wordt door de vakleerkracht bewegingsonderwijs gegeven in de gymzaal van de Goudenregenschool op ongeveer 500 meter loopafstand. De leerlingen lopen hier onder begeleiding van de leerkracht gezamenlijk naar toe. Wij zijn een rookvrije school, in en om de school wordt niet gerookt.
Onze school telt 15 klassen met ongeveer 30 kinderen per klas. De onderbouw (groep 1/2) begint een schooljaar met zo’n 20 leerlingen. Door de tussentijdse instroom van de 4-jarigen eindigen de onderbouwgroepen met ongeveer 30 leerlingen. We werken in heterogene groepen van twee leerjaren per groep. De leerlingen blijven in principe twee jaar bij dezelfde leerkracht. Elk kind in de klas is een keer de oudste en een keer de jongste. Oudere kinderen kunnen de jongere kinderen helpen. Kinderen die geboren zijn in de maanden januari/februari tot en met mei/juni beginnen, indien er in de gewone groepen te veel kinderen zijn, in een startgroep (groep 0) om na de zomervakantie in te stromen in een van de groepen 1/2.
De montessorivisie gaat uit van heterogene groepen. Kinderen van verschillende leeftijden zitten in een lokaal. Regels in de groep worden door de oudere kinderen nageleefd, waardoor de jongste kinderen het overnemen. Kinderen leren van elkaar door aandacht te hebben voor elkaar, naar elkaar te kijken en te luisteren. Ze leren spelenderwijs met elkaar samen te leven en te werken. In de klas zitten de kinderen in groepjes. Ook hier zitten jongste en oudste kinderen door elkaar. Wij verdelen de groepen in:
Onderbouw: groep 0 en groep 1/2
Middenbouw: groep 3/4
Bovenbouw: groep 5/6 t/m 7/8
Onze doelstelling is om de kinderen die aan ons zijn toevertrouwd de nodige ondersteuning te bieden, waardoor het kind zich kan ontwikkelen tot een zelfstandige persoonlijkheid die verantwoordelijkheid kan en wil dragen voor zichzelf, zijn omgeving en de samenleving waar hij deel van uitmaakt. Voor onze school is het gedachtegoed van Maria Montessori daarbij een leidraad.
Wij willen dat kinderen zich ontwikkelen tot zelfstandige wereldburgers die door samen te werken bijdragen aan een fijne wereld. Hierbij leren onze kinderen hun eigen talenten kennen, leren zij te zorgen voor zichzelf, elkaar en de omgeving en ontwikkelen ze een open en inclusieve houding. Ook op cognitief gebied streven we maximale ontwikkeling na, waarbij we vanzelfsprekend rekening houden met de individuele mogelijkheden van ieder kind.
Onze kernwaarden zijn leidend voor onze manier van werken. Alle kinderen, teamleden en ouders kennen deze kernwaarden en houden deze in gedachten bij de dagelijkse praktijk in onze school:
- Zelfstandig
Wij geloven dat elk kind zijn eigen superkrachten heeft om te verkennen en te ontdekken. Zoals Maria Montessori zei: ‘De leer-kracht zit in het kind zelf’. Door middel van hoeken, boeiende materialen en interessante instructies, moedigen we onze leerlingen aan om betrokken te zijn bij hun eigen leerproces. Wij stimuleren onze kinderen om zelf op zoek te gaan naar antwoorden en oplossingen, waarbij de weg naar deze antwoorden en oplossingen het belangrijkste is.
- Samen
Door samen te werken, samen te spelen en samen te zijn, ervaren kinderen de kracht van een groep. Kinderen op onze school leren verantwoordelijkheid te nemen voor de omgeving, voor de groep en voor de school. Samen leren betekent meer plezier, meer kennis en meer inzicht.
- Authentiek
Op onze school zien we ieder kind. Van de vrolijke schilder tot de nieuwsgierige ontdekker, we moedigen elk kind aan om te schijnen in zijn eigen unieke kleuren. Mogen zijn wie je bent, met oog voor de behoeften van de ander, is bij ons een krachtige kernwaarde. Het ontdekken en inzetten van je talenten is hierbij heel belangrijk.
Binnen onze school komen alle wettelijk verplichte leer- en vormingsgebieden aan de orde. De leerkracht bewaakt een evenwichtige tijdsinvestering over de volgende leer-en vormingsgebieden: Nederlandse taal, rekenen en wiskunde, Engels, bewegingsonderwijs, kunstzinnige oriëntatie, oriëntatie op jezelf en de wereld.
Het aantal klokuren per week dat er les wordt gegeven, is voor groep 1 t/m 8 26 uur.
Hilversum valt onder de regio Noord-Nederland. De vakanties en de studiedagen zijn opgenomen in de schoolagenda van Parro en als overzicht terug te vinden op de website.
Vakanties en vrije (mid)dagen:
|
|
Herfstvakantie
|
26 oktober 2024 t/m 02 november 2024
|
Kerstvakantie
|
21 december 2024 t/m 05 januari 2025
|
Voorjaarsvakantie
|
15 februari 2024 t/m 23 februari 2025
|
Goede Vrijdag
|
18 april 2025
|
Meivakantie
|
19 april 2025 t/m 04 mei 2025
|
Bevrijdingsdag
|
05 mei 2025
|
Hemelvaart
|
29 mei 2025 t/m 30 mei 2025
|
Pinksteren
|
09 juni 2025
|
Zomervakantie
|
12 juli 2025 t/m 24 augustus 2025
|
|
|
Vrije middag voor kerstvakantie
|
20 december 2024 vanaf 12.30 uur
|
Vrije middag voor zomervakantie
|
11 juli 2025 vanaf 12.30 uur
|
|
|
Studiedagen:
|
|
Studiedag 1
|
Maandag 04 november 2024
|
Studiedag 2
|
Woensdag 29 januari 2025
|
Studiedag 3
|
Vrijdag 14 februari 2025
|
Studiedag 4
|
Dinsdag 06 mei 2025
|
Studiedag 5
|
Donderdag 19 juni 2025
|
Studiedag 6
|
Vrijdag 20 juni 2025
|
3. Ons team
Onze school heeft een betrokken en enthousiast team. Om kinderen te leren dat leren leuk is, moet je vooral zelf plezier hebben in het leren van elkaar. We zijn dan ook in alle opzichten, van klein tot groot, een lerende organisatie. Op onze school werken 36 mensen met verschillende functies en taken. Elke groep wordt geleid door één fulltime of twee parttime groepsleerkrachten.
De groepsleerkracht geeft onderwijs en begeleidt de leerlingen in de groep. Leerkrachten die bij ons werken hebben een montessoridiploma of leren hiervoor. De groepsleerkracht is het eerste aanspreekpunt voor de ouders. De groepsleerkracht begeleidt de leerlingen ook in hun sociaal-emotionele en morele ontwikkeling. Regelmatig toetst de leerkracht de stof en bespreekt de leerkracht de voortgang van het kind met de ouders, maar vanaf groep 5 ook met de leerlingen zelf. Twee keer per jaar gebeurt dit a.d.h.v. het verslag (rapport). Daarnaast vergadert de leerkracht met collega’s waarbij kwesties rond het onderwijs, de organisatie, (nieuw) beleid en andere schoolzaken worden besproken.
De directeur is verantwoordelijk voor het integraal schoolmanagement op het gebied van onderwijs, personeel, financiën, huisvesting en communicatie. De directie zorgt voor de dagelijkse gang van zaken, geeft leiding en sturing en bewaakt de voortgang. De directeur legt verantwoording af aan het bestuur van AT Scholen. Het onderhouden van contacten met ouders, medezeggenschapsraad, oudercommissie en met externe stakeholders behoort ook tot de taken van de directeur.
De verschillende groepen van de school zijn verdeeld over drie bouwen: de onderbouw (groep 1 en 2), de middenbouw (groep 3 en 4) en de bovenbouw (groep 7 t/m 8). De bouwen worden geleid door bouwcoördinatoren. De bouwcoördinator is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken in de bouw. De drie bouwcoördinatoren en de directie vormen het managementteam van de school.
De intern begeleiders zijn verantwoordelijk voor de zorg en begeleiding binnen onze school. Zij ondersteunen de groepsleerkracht bij het proces van de leerlingbegeleiding. Binnen de school is de intern begeleider de spin in het web. Zij monitoren en coördineren de zorg en begeleiding van de leerling gedurende de hele basisschoolperiode. De intern begeleiders vormen samen met de gedragsspecialist en de directeur, het ondersteuningsteam (OT). Binnen Montessorischool Zuid werken twee intern begeleiders (part-time).
Binnen Montessorischool Zuid werkt naast de groepsleerkrachten een aantal specialisten.
- de vakleerkracht bewegingsonderwijs zorgt voor de leerlingen tijdens de gymnastieklessen.
- de remedial teacher begeleidt leerlingen bij het wegwerken van (tijdelijke) hiaten in de leerstof.
- de gedragsspecialist ondersteunt de leerkrachten bij het aanleren van belangrijke vaardigheden als taakgerichtheid, emotieregulatie en samenwerken.
- ICT-coördinator ondersteunt op het gebied van IT (zie 6.11 ICT onderwijs)
- de intern cultuurcoördinator zorgt voor het cultuurbeleidsplan. Zij regelt de excursies, voorstellingen, gastlessen en uitstapjes, die verrijkend zijn voor ons onderwijsaanbod.
Verder werken op onze school een conciërge, een managementassistent, twee leerkrachtondersteuners en drie onderwijsassistenten.
Onze leerkrachten beschikken over een handelingsrepertoire om hulp te bieden aan leerlingen. Dat betekent dat zij om kunnen gaan met leerlingen met leer- of gedragsproblemen.
Zij staan open voor reflectie op, en ondersteuning bij, hun handelen en werken continu en gezamenlijk aan de eigen professionalisering. Daarom worden er jaarlijks studiedagen voor het gehele team georganiseerd.
Is er een vervangende leerkracht nodig voor (studie)verlof of bij ziekte dan wordt hij/zij vervangen door een collega die op die dag niet voor de klas staat of door een externe invaller. In noodgevallen, wanneer we op korte termijn geen invalleerkracht kunnen vinden, wordt de klas verdeeld over de andere groepen. Wij streven ernaar leerlingen niet onverwachts naar huis te sturen.
Onze school is een stageschool voor stagiaires van de Pabo van de Hogeschool Utrecht. Taken van de stagiaires worden in overleg, afhankelijk van ervaring en mogelijkheden vastgesteld. De eindverantwoordelijkheid voor het werken in de klas blijft bij de leerkracht waar de student stage loopt. Naast Pabo studenten werken ook leerlingen van het ROC als stagiaires op school. Zij doen veelal de opleiding tot onderwijsassistent. Ook kan het voorkomen dat we stagiaires van een MBO Sport & bewegen op school hebben. Zij vallen onder verantwoordelijkheid van onze vakleerkracht bewegingsonderwijs.
Onderbouw groepen 1/2
Suzan Mebius
Linda Tenten
Marcia Verstegen (tijdelijk)
Marleen de Wit
Leontien de Roo (tijdelijk)
Agnes Nieburg
Morgan Spits
Bart Koerts
Madeleen Brandts
Renske Hendriks
Middenbouw groepen 3/4
Marlou Kasteleijn
Daniëlle Cöhrs Roos Kuijper
Tessa Hooijenga
Kelly Veldmeijer-Bos
Madelon Beens
Heleen Faassen
Joliek de Boer
Margot van der Horst
Bovenbouw groepen 5/6 t/m 7/8
Suzanne Galama
Elske Hartsink
Marije Vos Roos Kuijpers
Annemarijke Andriesse
Ilse Barneveld Nils Boom
Margot van der Horst
Trisnah Karmin
|
Vakleerkracht bewegingsonderwijs
Daniël Hendriks
Intern begeleider
Imme de Rooij-Hagen (tot herfstvakantie)
Femke Stegwee Marianne Holleman
Remedial teacher
Madelon Beens (taal) Joliek de Boer (rekenen)
Specialist hoogbegaafdheid Renske Hendriks
Gedragsspecialist
Ellen de Gruijl
Onderwijsassistenten Nimue van Bergen
Tessa van Beek
Agnes Nieburg
Tim Brand
Ingrid van Henten
Conciërge
Bekir Dogan
Managementassistent
Marcelle de Moor
Directeur
Nathalie van Limborgh
Directeur a.i.
Jacobien Bückmann
|
4. Montessorionderwijs op Montessorischool Zuid
Montessorischool Zuid is een basisschool die zich laat inspireren door het werk van Maria Montessori. Zij was, behalve de eerste vrouwelijke arts in Italië, ook pedagoge en hoogleraar in de antropologie aan de Universiteit van Rome. Haar opvoedkundige ideeën werkte zij aanvankelijk uit in een peuterspeelzaal voor straatkinderen. Later maakte zij haar onderwijsmethodes ook toepasbaar voor oudere kinderen. In 1936 is Maria Montessori naar Nederland gekomen. In 1952 overleed zij op 82-jarige leeftijd in Noordwijk.
Montessorionderwijs is een zorgvuldig opgebouwde onderwijsmethode, waarbij een kind zich zo veel mogelijk in zijn eigen tempo, gebruik makend van eigen kunnen, kan ontwikkelen, onder de leiding van een gespecialiseerde montessorileerkracht. Het montessorionderwijs kent eigen speciaal ontworpen montessorimaterialen, die wij naast de reguliere lesmethodes gebruiken. Montessorischool Zuid is een door de Nederlandse Montessori Vereniging erkende montessorischool.
Montessorischool Zuid volgt de traditionele uitgangspunten van het montessorionderwijs niet strikt op. De visie op onderwijs van de Nederlandse Montessori Vereniging vormt wel de basis, maar wij hebben deze visie vertaald naar eigentijds onderwijs.
Op onze school worden kinderen aangemoedigd om hun talenten te ontdekken en te benutten. We streven ernaar dat kinderen zichzelf goed leren kennen en hun eigen capaciteiten leren inzetten. Belangrijk is dat kinderen verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen leerproces.
Plezier en betrokkenheid zijn essentiële elementen van ons onderwijs. We streven ernaar dat kinderen met plezier naar school gaan en zich veilig voelen in hun leeromgeving. Het team en de kinderen zorgen samen voor een prettige sfeer waarin iedereen zich kan ontwikkelen.
Het gevoel van autonomie is de basis voor leerplezier. Een belangrijk aspect van ons onderwijs is dat we kinderen leren hoe ze moeten leren. We willen dat ze zelfstandig en zelfverzekerd worden in hun leerproces, zodat ze de vaardigheden verwerven om een leven lang te blijven leren. Ook leren we ze verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces. Zoals Maria Montessori al zei: ‘Help mij het zelf te doen’.
Het montessorionderwijs kent heterogeen samengestelde groepen. Bij ons op school hebben we twee leerjaren per klas. Elk kind is een keer de oudste en een keer de jongste. Oudere kinderen kunnen de jongere kinderen helpen. Regels in de groep worden door de oudere kinderen nageleefd, waardoor de jongste kinderen het overnemen. Kinderen leren van elkaar door naar elkaar te kijken en te luisteren. Zo leren ze spelenderwijs met elkaar samen te leven en te werken.
De methode vereist een deskundige leerkracht en een stimulerende omgeving die uitnodigt "het zelf te doen". Alle leerkrachten hebben naast het PABO diploma (de reguliere opleiding) ook een montessoridiploma of zijn bezig hun diploma te halen.
Op school scheppen we een omgeving waarin de kinderen materialen en activiteiten vinden die passen bij hun ontwikkeling en belangstelling. Hierdoor is de kans groot dat kinderen hun aangeboren nieuwsgierigheid behouden.
Een kind krijgt vrijheid om zelf zijn werk te kiezen en/of in te delen, maar de leerkracht let er op dat die keuze in de juiste verhouding staat tot de mogelijkheden van het kind. Er zitten ook regels aan die vrijheid. Die moeten het samen leren en leven in een groep mogelijk maken. Het is een vrijheid in gebondenheid.
Veel vaardigheden die een kind nodig heeft in de 21ste eeuw, zoals samenwerken, probleemoplossend denken en planmatig werken, liggen al in de montessori-werkwijze besloten. Als montessorischool in de 21ste eeuw hebben we daar de vaardigheden kennisconstructie en ICT aan toegevoegd.
Juist door de grote mate van individuele begeleiding biedt de montessorimethode ieder kind goede mogelijkheden. Het belangrijkste is dat de opvoedingsideeën van de ouders en die van de school op elkaar aansluiten. Als jij je als ouder prettig voelt in onze school, geldt dat ook voor jouw kind.
http://www.kiezenvoormontessori.nl/
http://www.montessori.nl/
5. De veilige school
Alleen in een omgeving die door het kind als veilig ervaren wordt, komt het tot ontwikkeling. We richten ons vooral op het voorkomen van ongewenst gedrag door een actieve, positieve stimulering van gewenst gedrag.
Wij geven de kinderen handvatten om met conflicten om te gaan en we hebben gedragsregels die schoolbreed worden gehanteerd. We zijn een kleine gemeenschap met onze eigen normen en waarden. Hierdoor zijn wij een sociaal veilige school.
De pedagogische aandacht in onze school gaat niet alleen uit naar bepaalde talenten of kennisgebieden, maar is gericht op de ontwikkeling van de totale persoonlijkheid van het kind. Daarbij spelen de vrije wil, vrijheid van keuze en zelfstandigheid een belangrijke rol. We benaderen de kinderen op basis van gelijkwaardigheid. De leerkrachten houden regelmatig kindgesprekken. Leerkracht en kind bespreken wat het kind beweegt en wat het nodig heeft om een stapje verder in zijn ontwikkeling te komen. Zo wordt het kind eigenaar van zijn eigen leerproces.
We leren kinderen dat gedrag een keuze is. We leren ze adequaat te handelen in concrete situaties. Dit doen we met de kanjermethode in groep 1 t/m 8.
De kanjertraining is bedoeld om de sfeer in de klas goed te houden en/of te verbeteren. De kanjermethode is een sociale vaardigheidstraining in de klas en werkt aan de hand van vier gedragstypes; deze types worden in de klas gevisualiseerd door gekleurde petjes. De kanjermethode is een preventieve interventie van het pestprotocol. Uitgebreide informatie is te vinden op: www.kanjertraining.nl.
Om te weten hoe leerlingen, ouders en medewerkers de sociale veiligheid op school ervaren, nemen we jaarlijks een vragenlijst af onder leerlingen, medewerkers en ouders. Hieruit blijkt dat het schoolklimaat door hen als veilig wordt ervaren.
Een fysiek veilige school heeft een goed onderhouden gebouw waarbij de inrichting geen gevaar oplevert voor de kinderen. Op het schoolplein staan veilige toestellen en de speel- en gymzaal is voorzien van veilige toestellen. Kinderen en leerkrachten weten wat ze moeten doen bij brand of andere calamiteiten en de school oefent regelmatig het ontruimingsplan. Vluchtwegen zijn vrij van obstakels. De directie van de school ziet toe op regelmatige inspecties van het gebouw en het schoolplein. Het veiligheidsbeleid is up to date en de school bezit instrumenten om dit te controleren. De school werkt samen met ouders, GGD, de brandweer, de Arbodienst (Spoor 3) en de gemeente.
Ten aanzien van de sociale veiligheid heeft de school de volgende zaken georganiseerd op leerling niveau:
- Op een sociaal veilige school voelen kinderen zich thuis. Ze komen graag naar school en voelen zich serieus genomen door de leerkrachten. Kinderen op een sociaal veilige school pesten niet. De school tolereert geen discriminatie en (seksuele) intimidatie.
- Er zijn duidelijke omgangsregels die schoolbreed worden uitgedragen.
- De school gaat bestaand sociaal onveilig gedrag tegen, maar voorkomt dat gedrag ook door een actieve, positieve stimulering van sociaal gedrag. Hierbij valt te denken aan gedragsregels en onderwijs afgestemd op de mogelijkheden van de individuele leerling. Hierdoor ontstaat een veilig klimaat waarbinnen de school problemen al in een vroeg stadium kan onderkennen en reageren.
- De school heeft een intern contact/vertrouwenspersoon voor leerlingen.
- De school heeft een protocol kindermishandeling en een aandachtsfunctionaris.
- De school maakt gebruik van een methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling en neemt eens in de twee jaar een enquête met betrekking tot de sociale veiligheid af onder de kinderen in de bovenbouw.
- De school heeft een sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem.
Ten aanzien van de sociale veiligheid heeft de school de volgende zaken georganiseerd op schoolniveau:
- De school creëert een veilige omgeving voor de kinderen, waarbij aandacht voor kind en gezin centraal staat. Communicatie met ouders wordt essentieel geacht in dit opzicht;
- De school heeft het beleid tegen het pesten beschreven in de schoolgids en beschikt over een pestprotocol.
- De school heeft een duidelijke route voor klachten. De school maakt hierbij een onderscheid tussen algemene klachten en klachten gericht op seksuele intimidatie. Voor beide klachten geldt een eigen route. De school heeft een externe contactpersoon. Zij/hij kan ouders met klachten bijstaan.
- De school heeft een klachtenregeling; de school is aangesloten bij een landelijke klachtencommissie (GCBO) voor afhandeling van algemene klachten.
- De directie vraagt in het functioneringsgesprek met het personeel naar hun veiligheidsbeleving en neemt eens in de twee jaar een enquête met betrekking tot de sociale veiligheid af onder de medewerkers.
- De school heeft gedragsregels opgesteld en afspraken zijn vastgelegd en met de betrokkenen gecommuniceerd. Regels worden regelmatig herhaald en indien nodig bijgesteld. Het veiligheidsbeleid is niet alleen bedoeld om kinderen een veilige plek te bieden, maar ook medewerkers hebben vanzelfsprekend recht op een veilige omgeving. Geweld tegen medewerkers is ontoelaatbaar
- Geweld op school wordt niet toegestaan. Er worden duidelijke grenzen gesteld aan kinderen en ouders. Eventuele sancties volgen. De school kan hierbij gebruikmaken van het schorsingsbeleid.
- De school neemt eens in de vier jaar een Risico Inventarisatie en Evaluatie(RI&E) af.
- De school heeft een externe vertrouwenspersoon.
Als het goed gaat met je kind, gaat het ook goed met jou als ouder. De ontwikkeling van een kind verloopt vaak met sprongen. In de 8 jaar dat het kind bij ons op school zit, is het niet ondenkbaar dat er een periode komt waarin het even minder goed gaat. Wanneer je als ouders niet tevreden bent is het belangrijk dat je dit bespreekbaar maakt bij de leerkracht. Afhankelijk van de aard van het probleem kan de intern begeleider of de directeur aansluiten bij het gesprek. Samen gaan we op zoek naar een passende oplossing.
Wij doen ons uiterste best om te zorgen dat de leerlingen en hun ouders een goede tijd ervaren op onze school. Desondanks kan het voorkomen dat ouders een klacht hebben. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld de begeleiding van leerlingen, de toepassing van strafmaatregelen, de beoordeling van leerlingen, seksuele intimidatie, discriminerend, agressief of gewelddadig gedrag. Een klacht wordt bij voorkeur eerst bespreekbaar gemaakt op het niveau waarop de klacht ontstaat. In de meeste gevallen zal dit de groepsleerkracht zijn. Als dit overleg niet leidt tot een oplossing van het probleem, dan kan de klacht besproken worden met de coördinator leerlingzaken of de directie.
Als er op schoolniveau geen oplossing wordt gevonden voor de klacht, dan kan de klager worden doorverwezen naar de vertrouwenspersoon van de stichting, de heer J.B. van Luit. De vertrouwenspersoon is bereikbaar via de directie van de school of via: Vertrouwenspersoon Alberdingk Thijm Scholen, Postbus 700, 1200 AS Hilversum. E-mail: vertrouwenspersoon@atscholen.nl. De klager kan ook direct contact opnemen met de vertrouwenspersoon, als de aard van de klacht hiertoe aanleiding geeft. De vertrouwenspersoon heeft als taak zorg te dragen dat klachten van ouders/verzorgers op een zorgvuldige manier worden afgehandeld. De vertrouwenspersoon gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een (schriftelijke) klacht bij het bestuur of de klachtencommissie. Hij kan proberen te bemiddelen om de zaak op te lossen en begeleidt de klager desgewenst ook bij de verdere procedure. De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding van alle zaken die hij in die hoedanigheid verneemt.
De officiële klachtenregeling (‘Klachtenregeling Alberdingk Thijm Scholen PO') ligt op school ter inzage. U kunt de klachtenregeling daar eventueel ook afhalen.
Onderstaand stappenplan is de route die bij voorkeur wordt gevolgd bij de behandeling van een klacht opdat deze zo zorgvuldig en efficiënt mogelijk wordt opgelost.
Stap 1
De ouder/verzorger, hierna ‘klager', bespreekt zijn klacht zo mogelijk met degene tegen wie de klacht gericht is, hierna ‘aangeklaagde'. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2.
Stap 2
De klager bespreekt zijn klacht met de directeur. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 3. Indien de klacht betrekking heeft op de directeur, volg na stap 1 direct stap 3.
Stap 3
De klager wendt zich, via de directeur, tot de vertrouwenspersoon. Deze gaat na of de klacht door bemiddeling tot een oplossing kan worden gebracht dan wel aanleiding geeft tot het indienen van een klacht bij het bestuur (stap 4) of bij de Landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs (stap 5).
Stap 4
De klager dient, al dan niet bijgestaan door de vertrouwenspersoon, een klacht in bij het bestuur. Het bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 5.
Stap 5
De klager dient, al dan niet bijgestaan door een gemachtigde, een klacht in bij de Landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs. (Adresgegevens: Postbus 82324, 2508 EH Den Haag; www.gcbo.nl) Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bestuur hierover.
De Landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs brengt advies uit aan het bevoegd gezag, inhoudende:
- het oordeel met betrekking tot de (niet-)ontvankelijkheid van klager;
- het oordeel met betrekking tot de (on)gegrondheid van de klacht;
- een eventuele aanbeveling ten aanzien van door het bevoegd gezag te treffen maatregelen.
Stap 6
Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie besluit het bestuur wat te doen met het advies en deelt dit schriftelijk mede aan de klager, de aangeklaagde, de directeur van de betrokken school en de klachtencommissie.
In geval van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, is het mogelijk de leerling een time-out te geven of te schorsen. Een time-out kan daarnaast worden opgelegd als een leerling voor onderzoek naar leer- of gedragsproblemen tijdelijk naar een andere school wordt verwezen. De ouders worden, soms samen met de leerling, na schooltijd uitgenodigd voor een gesprek. De directeur overlegt met het schoolbestuur, alvorens een besluit tot schorsing te nemen. Indien er wordt overgegaan tot een schorsing, dan wordt dit aan de ouders door de directeur schriftelijk kenbaar gemaakt. Het schoolbestuur en de leerplichtambtenaar krijgen een afschrift van dit besluit tot schorsing. Indien het een schorsing betreft voor een periode langer dan één dag, ontvangt ook de onderwijsinspectie een afschrift van het besluit.
Een besluit tot verwijdering wordt genomen door het schoolbestuur. Voordat hiertoe wordt besloten, vindt er een gesprek plaats tussen het schoolbestuur, de schoolleiding en de betrokken groepsleerkracht. Daarnaast worden de ouders van de leerling, eventueel samen met de leerling, door het schoolbestuur uitgenodigd voor een gesprek. Definitieve verwijdering van een leerling vindt niet plaats voordat het schoolbestuur ervoor heeft gezorgd dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Ook het besluit tot verwijdering wordt de ouders schriftelijk meegedeeld. De leerplichtambtenaar krijgt een afschrift van het besluit tot verwijdering. Tegen het besluit tot verwijdering kunnen de ouders binnen zes weken bezwaar aantekenen.
Meer persoonlijke problemen kunnen kinderen en/of ouders melden bij de contactpersoon binnen de school. Dit is Ellen de Gruijl. Ellen is ook aandachtsfunctionaris kindermishandeling en pestcoördinator, zij is via e-mail te bereiken via het adres: vertrouwenspersoon@mtsz.nl.
Op Montessorischool Zuid hebben we aandacht voor de leer- en sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen. Als blijkt dat er omstandigheden zijn die belastend of belemmerend zijn voor die ontwikkeling, zal de leerling in het zorgteam van de school worden besproken. Als er een vermoeden bestaat dat die belemmeringen zich voordoen in de thuissituatie, zal de school hierover in gesprek gaan met de ouders om samen een oplossing te vinden. In een aantal gevallen kan sprake zijn van kindermishandeling, huiselijk geweld of verwaarlozing. Basisscholen zijn verplicht met een meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld te werken. Deze meldcode werkt vanuit een stappenplan dat wordt gebruikt, als er een vermoeden is van mishandeling, huiselijk geweld of verwaarlozing. Op elke school is een aandachtsfunctionaris die zich bezighoudt met de toepassing van de meldcode en de coördinatie van de acties die op grond van de meldcode moeten worden ondernomen. Het volgen van het stappenplan kan leiden tot het organiseren van de juiste hulp en/of tot een melding bij Veilig Thuis (voorheen het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling AMK). Ouders worden altijd geïnformeerd over de stappen die wij zetten ten aanzien van de meldcode. De aandachtsfunctionaris bij ons op school zijn de intern begeleiders..
6. Ons onderwijskundig beleid
Het lesgeven is de kern van ons werk. We onderscheiden pedagogisch en didactisch handelen, hoewel beide facetten van ons werk feitelijk onscheidbaar zijn. Van belang daarbij is: oog hebben voor het individu, een open houding, wederzijds respect en een goede relatie waarin het kind zich gekend weet. Belangrijke pedagogische noties zijn: zelfstandigheid, eigen verantwoordelijkheid, kritische zin, reflecterend vermogen en samenwerking. Gelet op de didactiek vinden we de volgende zaken van groot belang:
- Interactief lesgeven: de leerlingen betrekken bij het onderwijs
- Onderwijs op maat geven: differentiëren
- Gevarieerde werkvormen hanteren (variatie = motiverend)
- Een kwaliteitsvolle (directe) instructie verzorgen
- Kinderen zelfstandig (samen) laten werken
Kinderen leren doordat ze nieuwsgierig zijn. Montessorischool Zuid is een school waar persoonlijk onderwijs voorop staat. Net als bij alle montessorischolen heeft ook ons onderwijs het motto: “Help mij het zelf te doen”. Tijdens het zelfstandig werken is er ruimte voor eigen keuzes. Het kind krijgt ruimte om zelf te kiezen wat voor werk hij/zij gaat doen en in welke volgorde. Leren plannen wordt in een doorgaande lijn van groep 1 t/m 8 aangeboden. De klassen bestaan uit heterogene groepen. De leerlingen werken individueel of samen en zitten in groepjes. Naast het zelfstandig werken geven de leraren instructielessen voor de vakken (begrijpend) lezen, rekenen en spelling. Voor de kinderen die meer instructie nodig hebben, wordt gebruikgemaakt van de verlengde instructie. De kinderen mogen zich de leerstof op verschillende manieren eigen maken. Dat kan zijn door lessen alleen te maken of met anderen samen. Kinderen die korte instructies nodig hebben, kunnen zelfstandig aan het werk.
Nieuwe methodes en nieuw materiaal kiezen wij zorgvuldig of gebruiken het dusdanig, dat het tegemoetkomt aan de persoonlijke ontwikkeling van het kind. Onze uitgangspunten:
- De leerdoelen zijn afgestemd op de einddoelen van het primair onderwijs
- De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan
- De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau
- Ons onderwijs leert kinderen leren vanuit vaardigheidsdoelen gericht op de 21ste eeuw
- We werken opbrengst- en handelingsgericht op basis van leerlijnen en leerdoelen voor de vakken rekenen, taal en lezen
- Het leerstofaanbod voorziet in het gebruik leren maken van ICT
- De school besteedt aandacht aan actief (goed) burgerschap
Wij willen leerlingen een samenhangend geheel van vaardigheden meegeven waardoor ze optimaal kunnen functioneren in de 21ste eeuw. We onderschrijven in de eerste plaats het belang van een kennissamenleving en gaan ervan uit, dat kennis altijd en overal voorhanden is. In de tweede plaats beseffen we dat het in de kennissamenleving ook gaat om kenniscreatie en –constructie en innovatie. In de derde plaats is het een feit dat de ontwikkeling van digitale middelen en (media) grenzen vervagen en het delen van kennis en het met elkaar (daarover) communiceren een steeds grotere rol speelt in onze (toekomstige) samenleving. Op onze school willen we daarom gericht aandacht besteden aan de 21st century skills: samenwerking, communicatie, kennisconstructie, ICT gebruik, probleemoplossend denken, creativiteit en planmatig werken.
We leren de kinderen taal om goed met anderen om te kunnen gaan en om effectief te kunnen communiceren. Om de wereld om je heen goed te kunnen begrijpen is het nodig om de taal adequaat te leren gebruiken. Ook bij veel andere vakken heb je taal nodig. Het montessorimateriaal neemt een belangrijke plaats in bij het vak taal en het ontwikkelen van het taalgevoel. De werkjes zijn erop gericht de taal te beleven, te begrijpen en beheersen in al zijn facetten. Deze manier van werken doet een beroep op de zelfstandigheid, verantwoordelijkheid, samenwerken en het creatief en analytisch denken. Door het handelend leren en de inspirerende opdrachten worden onze leerlingen uitgedaagd en hebben ze plezier in taal. Alle taaldomeinen komen aan bod, dit zijn:
· woordenschat · mondeling taalgebruik · taalbeschouwing · begrijpend lezen · spelling · mediataal · stellen
|
|
Voor spelling maken we in groep 3 t/m 8 gebruik van de methode Staal. Per schooljaar houdt de leerling van groep 5 t/m 8 een spreekbeurt. Spreekvaardigheid, inhoud en presentatie staan hierbij centraal.
In de groepen 3 t/m 6 wordt gebruikgemaakt van de schrijfmethode Klinkers, die aansluit bij de leesmethode.
Het schrijven van de verschillende letters wordt langzaam opgebouwd. Er wordt veel aandacht besteed aan de pengreep, schrijfhouding en motoriek. In groep 4 staat het leren van de hoofdletters centraal. De leerlingen schrijven nog met potlood. Daarna stappen ze over op een pen.
Het is belangrijk dat kinderen snel goed kunnen lezen omdat ze daardoor de informatie bij de andere vakken sneller kunnen begrijpen en gebruiken. Om het leesplezier te bevorderen heeft onze school een leescoördinator die intensief samenwerkt met de bibliotheek Hilversum. Onze school beschikt zelf ook over een goed uitgeruste bibliotheek met boeken voor alle niveaus en leeftijden. We maken gebruik van goede en actuele methodes voor het technisch en begrijpend lezen. In groep 3 gebruiken we Lijn 3 en in groep 4 Station Zuid. Regelmatig worden de leerlingen getoetst op hun leesniveau. De leerlingen van groep 3 t/m 8 lenen in de schoolbibliotheek boeken op hun eigen niveau.Jaarlijks nemen we de leesmonitor af van de bibliotheek Hilversum. Uit de monitor blijkt dat we hoog scoren op ons leesonderwijs t.o.v. andere scholen in het Gooi. De school heeft een leescoördinator, Madelon Beens.
Rekenen en wiskunde vinden we een belangrijk vak. Dagelijks wordt er in alle groepen aandacht besteed aan rekenen en wiskunde. Door ons rekenonderwijs goed aan te laten sluiten bij de onderwijsbehoeften van onze kinderen bevorderen we het leerplezier bij rekenen. We sturen bewust op een verrijkt aanbod in de onderbouw (groep 1/2). Er wordt veel gebruikgemaakt van specifieke (montessori)rekenmaterialen die de kinderen spelenderwijs de basisbegrippen voor rekenen aan leren. Er is veel materiaal aanwezig om te leren tellen tot 10, 100 en 1000. Zodra het kind de rekenkundige begrippen als meer/minder/evenveel etc. beheerst, kan er met materiaal eenvoudige sommen worden gemaakt. Naast de individuele rekenlesjes worden er in de onderbouw themalessen rekenen gegeven, zodat alle rekenbegrippen goed aan bod komen. Omdat wij rekenonderwijs willen bieden dat past bij onze leerlingpopulatie wordt in groep 3 t/m groep 8 de digitale en adaptieve rekenmethode Pluspunt als uitgangspunt gebruikt. Omdat wij rekenonderwijs willen bieden dat past bij onze leerlingen hebben we gekozen voor deze adaptieve rekenmethode. Daarnaast maken we gebruik van de methode ‘Met Sprongen Vooruit’.
Kinderen zijn van nature leergierig. Montessori spreekt van de “jonge onderzoeker”. Wij willen de kinderen stimuleren en uitdagen om de wereld te onderzoeken en te ontdekken. Het digitale platform Faqta komt aan deze behoefte tegemoet. Bij Faqta worden de vakgebieden thematisch aangeboden in ‘units’, waardoor de losse vakgebieden een geheel vormen. Faqta is betekenisvol leren. Het Faqta richt zich op het leren, helpt de leerlingen om te leren, en laat de leerlingen genieten van wat ze leren. En bij Faqta gaat het om weten, vaardigheden en begrip.
Binnen Faqta krijgen de leerlingen in groep 5 t/m 8 de topografie van Nederland, Europa en de wereld. Zij worden regelmatig overhoord. De overhoringen plannen we aan het begin van het jaar zodat er ook thuis geoefend kan worden.
ICT neemt in ons onderwijs een steeds belangrijkere plaats in. De maatschappij van nu vraagt van onze leerlingen ICT-kennis en -vaardigheden en daarom leren we onze leerlingen om te gaan met ICT-middelen. De leraren gebruiken ICT in hun lessen en borgen dat de leerlingen aan de slag (kunnen) gaan met de computer(s), de ICT-programma’s en de bijbehorende software. Ons ICT onderwijs is voornamelijk geïntegreerd binnen Faqta. Onze school heeft een ICT coördinator die erop toeziet dat de ICT omgeving functioneel is ingericht.
Onze maatschappij heeft een sterke behoefte aan geschoolde mensen op het terrein van wetenschap en techniek. Wij willen daaraan een bijdrage leveren door gericht aandacht te besteden aan dit vakgebied. Bij de activiteiten wetenschap en techniek leren onze leerlingen al samenwerkend, aspecten die samenhangen met wetenschap en techniek te onderzoeken, te ontdekken en te ontwerpen. Wetenschap en techniek zijn geïntegreerd in Faqta. Daarnaast krijgen de groepen 1 t/m 8 lessen ‘STEAM’.
Wij vinden het belangrijk dat onze leerlingen zich oriënteren op kunstzinnige en culturele aspecten die een rol spelen in hun leefwereld. Het is belangrijk dat kinderen kennis verwerven van de actuele kunstzinnige en culturele diversiteit en dat ze die leren begrijpen en waarderen. Daarnaast vinden wij het van belang dat onze leerlingen zich leren openstellen voor kunstzinnige aspecten, dat zij kunnen genieten van schilderijen en beelden, van muziek, van taal en beweging, en daarop kunnen reflecteren. Tenslotte bieden we kunstzinnige vorming aan omdat onze leerlingen zich op die manier kunnen uiten (gevoelens en ervaringen). Regelmatig gaan de leerlingen eropuit in het kader van de Faqta thema's of krijgen ze een gastles. In groep 7 brengen we een bezoek aan een van de drie grote musea in Amsterdam (Rijksmuseum, Van Gogh museum of het Stedelijk Museum).
Los van kleinere excursies en uitstapjes gaan de onderbouw (groep 1/2) en de middenbouw (groep 3/4) om het jaar op schoolreis. In de bovenbouw gaan de leerlingen eens in de twee jaar op kamp. Het andere jaar gaat de bovenbouw (5 t/m 8) op schoolreis of we organiseren een groot feest.
Beeldende vorming komt ook binnen het Faqta onderwijs aan bod. Bij de uitvoering maken wij gebruik van kunstdocent Marlies Hoevers (zie https://www.dekunstinjou.nl/). De lessen sluiten aan bij de thema’s van Faqta. Muziek geven de leerkrachten a.d.h.v. de methode Muziek moet je doen. Elke groep heeft jaarlijks een extra muziekproject. Dit varieert van gastlessen van een muzikant, een workshop componeren of een bezoek aan het Muziekcentrum voor de Omroep.
Op onze school hechten we veel belang aan lichamelijke opvoeding. Lichamelijke opvoeding is wat ons betreft een zaak van hoofd, hart en handen. Daarnaast vinden we het vak belangrijk vanuit het sociale aspect: leren bewegen doe je altijd samen. In groep 3 krijgen de leerlingen een keer een bewegingsles van de vakleerkracht in de grote gymzaal van de Gouden Regenschool. Vanaf groep 4 krijgen de leerlingen twee keer per week les van onze vakleerkracht gymnastiek. Groepen 1 t/m 4 volgen een keer in de week judoles op school. Dit in samenwerking met judoschool Van der Hoek.
In alle groepen krijgen de leerlingen Engelse les. We maken gebruik van ‘Early Bird’. Je durven en kunnen uitdrukken in de Engelse taal vinden we van belang omdat kennis van deze taal steeds belangrijker wordt door de toenemende internationalisering, de groeiende mobiliteit en het veelvuldige gebruik van nieuwe media.
Leerlingen groeien op in een steeds complexere, pluriforme maatschappij. Als school hebben we de maatschappelijke opdracht om onze leerlingen op te leiden tot betrokken burgers. Wij willen leerlingen brede kennis over, en verantwoordelijkheidsbesef meegeven voor onze samenleving. Wij vinden het belangrijk dat onze leerlingen op een bewuste manier in het leven staan, waarbij ze niet alleen respect hebben voor anderen, maar ook naar anderen omzien. Wij leren onze leerlingen goed samen te leven en samen te werken met anderen. Verantwoordelijkheid voor de eigen leefomgeving bijbrengen is belangrijk. Verantwoordelijkheid nemen doe je door je verantwoordelijk te gedragen. Daarbij is het eenvoudiger om gewenst (duurzaam gedrag) aan te leren. Maar hoe bereid je leerlingen er op voor om een betrokken burger te zijn en/of te worden? Door met elkaar te werken aan een maatschappelijk thema: duurzaamheid!
Om gericht te werken aan burgerschapsvorming hebben we duurzaamheid als gezamenlijk thema gekozen. Duurzaamheid is een thema dat goed aansluit bij de leefwereld van de kinderen. Het is een maatschappelijk relevant thema, waardoor volwassenen en leerlingen samen kunnen werken aan succes. Ieder vanuit zijn eigen expertise en verantwoordelijkheid (leerlingen, leerkrachten, ouders, directie, MR, bestuur). Het is een thema waarbij de leerlingen kunnen en mogen meedenken. Leerlingen zijn een volwaardige gesprekspartner. We hebben daarom een leerlingenraad op school. Zij denkt mee en adviseert de directeur rondom diverse thema’s zoals duurzaamheid. Zo heeft de leerlingenraad zich met succes ingezet voor gescheiden afvalverzameling en het plaatsen van zonnepanelen.
In groep 7 werken we met oefenexamens om de leerlingen voor te bereiden op het verkeersexamen. Alle leerlingen nemen deel aan het theorie-examen. We nemen geen praktijkexamen af.
De kinderen uit het 8ste leerjaar vormen een groep met de kinderen uit het 7de leerjaar. Toch werken de leerlingen van de groepen 8 regelmatig als een groep samen in het kader van de eindmusical die zij opvoeren als gezamenlijke afsluiting van hun loopbaan op de basisschool. Aan het eind van het schooljaar staat één dag in het teken van het afscheid. Deze dag is gevuld met allerlei tradities waarmee afscheid wordt genomen van de school die 8 jaar lang hun thuis was.
7. Leerlingondersteuning en organisatie
We werken vanuit de montessorivisie aangevuld met reguliere methodes.
- We werken opbrengstgericht op basis van leerlijnen en leerdoelen
- We stemmen het aanbod zoveel mogelijk af op het kind
- We werken vanuit het handelingsgericht werken model
- Hulpmiddelen daarbij zijn het cito leerlingvolgsysteem, wat komt er uit?, en de groepsplannen, waar willen we naartoe, en hoe gaan we dat doen?
Onze leraren zijn van cruciaal belang. Zij hebben een vormende taak: hun leerlingen op te voeden tot goede burgers. Daarom vinden we het belangrijk dat leerlingen goed met zichzelf en met anderen kunnen omgaan. Leraren creëren daartoe een veilig en gestructureerd klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen. Kernwoorden zijn: relatie, competentie en autonomie. Wij hechten veel waarde aan een positieve en motiverende leraar, een begeleider die ervoor zorgt dat de leerlingen het werk zelfstandig kunnen doen.
Op onze school geven de leraren op een effectieve wijze gestalte aan gedifferentieerd onderwijs. We differentiëren bij de instructie (directe instructie) en de verwerking (zowel naar inhoud als naar tempo). Omdat we veel waarde hechten aan de zelfstandigheid van de leerlingen, laten we leerlingen waar mogelijk zelf hun werk plannen en samenwerken.
Als montessorischool hechten we veel waarde aan de zelfstandigheid van de leerlingen. Kernwoorden daarbij zijn: zelf (samen) ontdekken, zelf (samen) kiezen, zelf (samen) doen. Naast zelfstandigheid vinden we het belangrijk om de eigen verantwoordelijkheid van onze leerlingen te ontwikkelen. Het is vanzelfsprekend dat autonomie en eigen verantwoordelijkheid niet betekent dat de leraren de leerlingen te snel en te gemakkelijk loslaten. Leraren begeleiden de leerprocessen en doen dat “op maat”, leerlingen die (wat) meer sturing nodig hebben, krijgen die ook.
Met klassenmanagement bedoelen we: sturen, plannen, regelen en organiseren. Wij vinden dat onze leraren pas succesvol kunnen zijn als ze hun instructie en de leeractiviteiten van de leerlingen goed kunnen organiseren.
Het leerlingvolgsysteem is een registratiesysteem waarmee de ontwikkeling van kinderen wordt vastgelegd. Dit zijn gestandaardiseerde, school onafhankelijke toetsen, behorend bij elke leeftijd. Deze toetsen worden individueel of groepsgewijs afgenomen. Wij hanteren op onze scholen het Cito-leerlingvolgsysteem. Naast het Cito leerlingvolgsysteem maken we ook gebruik van methodegebonden toetsen voor rekenen, begrijpend lezen en spelling. In groep 7 wordt de NSCCT gemaakt. Deze test geeft een duidelijke indicatie van het intelligentieniveau van het kind. Zegt het leerlingvolgsysteem van Cito iets over wat het kind geleerd heeft in zijn basisschoolperiode, de NSCCT test, zegt iets over wat het kind qua aanleg en intelligentie in huis heeft. Ouders geven vooraf schriftelijk toestemming voor deze test.
Aan het eind van groep 2 krijgt het kind voor het eerst een rapport. Vanaf groep 3 t/m 7 is dit twee keer per jaar. Het rapport is geschreven voor leerling en ouders. In dit rapport vind je een overzicht van het werk dat het kind in de afgelopen periode heeft gedaan en hoe het kind het heeft gedaan. Het rapportgaat mee naar huis en komt na ondertekening van de ouders weer op school terug. Naar aanleiding van het rapport volgt er een gesprek met de leerkracht. Tijdens het rapportgesprek worden ook de uitslagen van het Cito LiB besproken. Vanaf groep 5 bespreekt de leerkracht het rapport met de leerling en de ouders. In groep 8 krijgt het kind één keer een rapport.
Op onze school stemmen we ons onderwijs en ons onderwijsaanbod af op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. We werken handelingsgericht (HGW), met groepsplannen. Alle leraren beschikken over een groepsoverzicht met daarop de kenmerken van hun leerlingen. Op basis daarvan stellen de leraren twee keer per jaar een groepsplan op voor taal, rekenen en lezen en sociaal-emotionele ontwikkeling/werkhouding.
We streven ernaar dat iedere leerling zich ononderbroken kan ontwikkelen en ontplooien. Omdat we te maken hebben met verschillen, moet het onderwijsleerproces zo ingericht worden dat dit ook mogelijk is. In de eerste plaats moeten de leraren daarom de leerlingen goed kennen. Daarna moeten de leerlingen goed gevolgd worden: hoe verloopt het ontwikkelproces? Daar waar nodig volgt extra ondersteuning. Deze ondersteuning kan gericht zijn op leerlingen die wat minder kunnen, maar ook op leerlingen die wat meer kunnen. Om het ontwikkelproces te volgen, hanteren we CITO LiB. De centrale figuur bij de ondersteuning is de leraar. De leraar kan daarbij ondersteund worden door de remedial teacher, de HB-specialist en/of de gedragsspecialist. De intern begeleider heeft een coördinerende taak. De school beschikt over een schoolondersteuningsplan (SOP) met daarin concrete werkafspraken. Het SOP verheldert welke ondersteuning de school wel/niet kan bieden. Het SOP geeft aan wat de basisondersteuning is op school en wat valt onder extra ondersteuning op schoolniveau. In de praktijk vertaalt het voorgaande zich in de volgende punten:
- De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen
- De school gaat de effecten van de zorg na
- De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben
- De leraren signaleren vroegtijdig welke leerlingen extra ondersteuning nodig hebben
- Ouders worden betrokken bij de (extra) ondersteuning voor hun kind en dragen mede verantwoordelijkheid bij het uitvoeren ervan.
De kinderen zitten in heterogene groepen. In principe blijven ze 2 jaar in dezelfde groep (1/2, 3/4, 5/6 en 7/8). Na 2 jaar volgt er een herverdeling. Het kan voorkomen dat een leerjaar een heel groot leerlingenaantal heeft of een relatief klein leerlingenaantal. Dan hebben we een tussengroep. Dit kan bijvoorbeeld een groep 6/7 of een 4/5 groep zijn. Dit heeft als nadeel dat leerlingen na een jaar al naar een andere groep gaan.
Bij de verdeling kijken we naar de volgende zaken:
- Evenwichtige verdeling van leerlingaantallen over de groepen
- Een gelijkmatige verdeling van ‘trekkers’ (sociaal-emotioneel en cognitief sterke leerlingen) en evenwichtige spreiding van zorgleerlingen
- Sociaal-emotionele ontwikkeling
- Cognitieve ontwikkeling
- Verhouding jongens/meisjes
- Spreiding broertjes/zusjes
- Aanwezigheid van vriendje/vriendinnetje (kinderen mogen 3 vriendjes/vriendinnetjes opgeven)
- Combinaties van kinderen vermijden die belemmerend op elkaar werken.
Aan deze leerlingverdeling besteden we jaarlijks veel aandacht. Na de eerste verdeling laten we de samenstelling nog even op ons inwerken. We veranderen, indien nodig en beargumenteerd, soms hier en daar nog iets en dan delen we, na een definitief team besluit, de ouders de klassenindeling schriftelijk mee.
Bij de start van het schooljaar vinden tussen leerkrachten overdrachtsgesprekken plaats. De leerkracht bij wie het kind vorig schooljaar in de groep zat, informeert de nieuwe leerkracht aan de hand van een gestandaardiseerd overdrachtsformulier, zodat de nieuwe leerkracht alle relevante informatie van het kind beschikbaar heeft als het volgende schooljaar is begonnen. Voor alle kinderen van groep 1 tot en met groep 7 is er aan het eind van het schooljaar de vrolijke ochtend. Op deze ochtend gaan alle kinderen naar de leerkracht en de groep waarin ze het volgende schooljaar zullen zitten.
Om onze leerlingen optimaal toe te rusten op de 21ste eeuw is het noodzakelijk dat we oog hebben voor de individuele talenten van de leerlingen. Daarbij gaat het ons om talenten in de meest brede zin van het woord. Dus niet alleen om taal- en rekenen, maar ook om creatieve, culturele, motorische, sociale en onderzoekende talenten en bepaalde praktische vaardigheden. De school beschikt over een protocol meer- en hoogbegaafde leerlingen. Ook heeft onze school een topsportbeleid.
Ons onderwijs is geen vrijblijvende aangelegenheid. We streven naar optimale opbrengsten na m.b.t. taal, rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling. We achten het van belang dat de leerlingen presteren naar hun mogelijkheden, en dat ze opbrengsten realiseren die leiden tot een evenwichtige persoonlijkheid en tot passend (succesvol) vervolgonderwijs. In de praktijk vertaalt voorgaande zich in de volgende punten:
- De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschoolperiode liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
- De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op het niveau dat verwacht mag worden (op grond van hun kenmerken)
- Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden
- De leerlingen krijgen de juiste adviezen voor vervolgonderwijs
- De leerlingen presteren naar verwachting in het vervolgonderwijs
Onze ambitie is om leerlingen vanuit de montessorivisie goed onderwijs te bieden. Wij zetten ons in om zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van onze leerlingen. We willen goed onderwijs bieden aan reguliere leerlingen, maar ook aan leerlingen met meer specifieke onderwijsbehoeften binnen de grenzen van onze school. Onze school heeft ervaring in het werken met leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften op de volgende gebieden:
- Dyslexie
- Dyscalculie
- Meer- en hoogbegaafdheid
- ADD/ADHD
- Autistische Spectrum Stoornis
- Taalontwikkelingsstoornis
De school bewaakt het overschrijden van grenzen. Wenselijkheid en haalbaarheid moeten in balans zijn. Hoewel onze school openstaat voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, moet er aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
- De school moet de extra onderwijsbehoeften kunnen hanteren.
- De behoefte van het individuele kind mag niet ten koste gaan van de andere leerlingen.
Onze school kan niet tegemoet komen aan onderwijsbehoeften voortkomend uit extreem oppositioneel gedrag. Dit geldt ook voor leerlingen met visuele en (ernstig) lichamelijke beperkingen. We streven ernaar het percentage van doorverwijzing naar het speciaal (basis) lager dan 2% per jaar te houden
Blijkt uit de evaluatie van school en ouders, dat ondanks de ingezette ondersteuning de voortgang stagneert en het niet direct duidelijk is wat de onderwijsbehoeften zijn, dan is meer expertise nodig. De school kan dan de hulp inroepen van de expertise binnen het Nuyens Instituut van AT Scholen. Bij dit expertisecentrum ondersteunen ruim 50 specialisten bij het realiseren van onderwijs dat past voor iedere leerling. Wanneer de ondersteuningsbehoefte van een leerling de basisondersteuning van de school overstijgt, kan de school zich, waar nodig in overleg met ouder(s)/verzorgers, richten tot het Nuyens Instituut. Het Nuyens denkt in dat geval mee over de hulpvraag van de school en passende ondersteuning.
In januari voorspellen de leerkrachten de verwachte uitstroom van hun groep 7 leerlingen. Ook ouders vragen we dit te doen. Als de ambitie van de leerling bekend is, wordt bekeken wat er nodig is om het ambitieniveau te halen. Met deze werkwijze worden de leerlingen zich ervan bewust dat zij zelf de sleutel zijn tot schoolsucces. Met elkaar werken we aan hetzelfde doel. Veel leerlingen maken zo nog een mooie stap in hun ontwikkeling.
Het advies wordt gebaseerd op 3 gegevens:
- observatie leerkracht wat betreft werkhouding, vaardigheden en motivatie;
- de indicatie van de NSCCT wat betreft het intelligentieniveau van het kind;
- de toetsgegevens van het Cito Leerlingvolgsysteem vanaf groep 6 op het gebied van begrijpend lezen, rekenen/wiskunde en spelling.
Begin groep 7 wordt de NSCCT afgenomen. Deze test geeft een duidelijke indicatie van het intelligentieniveau van het kind. Het afnemen van de NSCCT test heeft als toegevoegde waarde, dat we goed in beeld krijgen of we uit het kind halen wat er in zit. Mocht er een discrepantie zitten tussen de resultaten van het leerlingvolgsysteem van Cito en de NSCCT test, dan gaan we dit onderzoeken. Omdat we de test begin groep 7 afnemen, hebben we nog tijd voordat het kind naar het VO gaat, om hier gericht mee aan de slag te gaan.
Na de Cito-toetsen eind groep 7 volgt in juni een overleg waar de leerkrachten van de groepen 7/8, de directeur en de IB’er met elkaar het doorstroomperspectief bespreken. Dit doorstroomperspectief bespreekt de leerkracht samen met de leerling en ouders in het zogenaamde oriënterend gesprek. Begin groep 8 worden tijdens de startgesprekken de doelen vastgesteld die tijdens het oriënterende gesprek aan de orde zijn gekomen. De leerling heeft dan nog een half jaar om aan zijn of haar ambitie te werken. Met het doorstroomperspectief bezoekt de leerling in groep 8 de open dagen van de VO scholen die passend zijn bij het doorstroomprofiel. Eind januari, voor de doorstroomtoets, wordt in eenzelfde soort overleg (leerkrachten en OT-team) het voorlopig advies voor groep 8 vastgesteld. Om te benadrukken dat het hier gaat om het advies van de school (en niet van de individuele leerkracht) wordt dit gesprek met 2 teamleden gevoerd. Begin februari wordt de doorstroomtoets afgenomen. Eind maart, na de uitslag van de doorstroomtoets, wordt het definitief advies vastgesteld.
In februari wordt de CITO-doorstroomtoets afgenomen. Scholen zijn verplicht om de ontwikkeling van hun leerlingen te volgen en om in groep 8 een doorstroomtoets af te nemen. Mocht de toets hoger uitvallen dan het advies, dan wordt het advies bijgesteld, behalve als de school argumenten heeft om dat niet te doen.
Wij zijn trots op de uitstroom van de leerlingen van groep 8. We streven ernaar iedere leerling een advies te geven dat passend is. Een aantal uitgangspunten van modern montessori-onderwijs zoals verantwoordelijkheid voor het schoolwerk, planning, zelfstandigheid en zelfwerkzaamheid is terug te vinden in het voortgezet onderwijs.
De aansluiting op het VO is goed. De VO scholen zijn blij met onze leerlingen! Doordat we onze (oud) leerlingen nog 3 jaar volgen, weten we dat onze leerlingen het goed doen op het VO. Dit horen we terug in de evaluatiegesprekken met het VO en zien we terug op de rapporten van onze kinderen die de scholen van VO ons sturen.
8. Ouders/verzorgers
Ouderbetrokkenheid betekent in essentie niets anders dan dat ouders meeleven met het wel en wee van hun kind. Ouders en school zijn partners in de opvoeding. Voor een optimaal verloop van de schoolcarrière van een leerling, is het belangrijk dat ze elkaar regelmatig van informatie voorzien: over leefregels, talentontwikkeling, vorderingen of eventuele stagnatie, over de sociaal-emotionele ontwikkeling van een leerling, zijn of haar thuissituatie, etc.
Een regelmatig contact tussen school en ouders kan de samenwerking bij leerproblemen of problemen thuis bevorderen, zorgt voor een betere afstemming tussen de opvoeding thuis en op school en stelt de school in staat om te profiteren van de kennis, het inzicht en de ervaring van ouders. Door een goed contact kan de opvoeding thuis en de begeleiding op school beter op elkaar worden afgestemd. Hierdoor wordt de kans groter dat een kind zich thuis voelt op school. Daarnaast krijgen leraren door het contact met ouders ook meer inzicht in de thuissituatie van de leerling. Met deze kennis kunnen ze beter anticiperen op (leer)problemen. Daarnaast zullen ook ouders zich sneller thuis voelen en de school als laagdrempelig ervaren.
Betrokken ouders kunnen bijdragen aan een levendig schoolklimaat, kunnen de school een kritische spiegel voorhouden en kwaliteitsverbeteringen op gang brengen. Tenslotte kunnen de ouders ervoor zorgen dat de medezeggenschap een breder draagvlak krijgt. Ouderbetrokkenheid kan, kortom, een belangrijke bijdrage leveren aan een optimaal verloop van de schoolloopbaan. Belangrijk hierbij is dat ouders de visie van de school onderschrijven. De school hecht belang aan de samenwerking met ouders en heeft dit beschreven in een beleidsplan ouderbetrokkenheid. Dit beleidsplan op te vragen bij de directie.
Voor ouders is de leerkracht het eerste aanspreekpunt binnen de school. Samen met de school staan ouders voor de taak kinderen naar volwassenheid te begeleiden. Ouders en school hebben een gezamenlijk doel: Het welbevinden en de ontwikkeling van het kind. Ouders en leerkrachten hebben ieder een eigen rol te vervullen:
De ouder is de deskundige met betrekking tot het kind. De leerkracht is de professional met betrekking tot het onderwijs aan het kind. De school hanteert de volgende uitgangspunten:
- Ouders en school werken samen aan schoolsucces
- De wisselwerking tussen kind, ouders en leerkracht is een belangrijk thema
- Het gaat erom wat het kind, de leerkracht en de ouders nodig hebben voor schoolsucces
- Positieve aspecten van kind, ouders en school zijn van groot belang.
- De werkwijze is doelgericht, in stappen en transparant.
- Ouders en school nemen het kind serieus als gesprekspartner. Vanaf groep 6 worden er voortgangsgesprekken gevoerd met kind, leerkracht en ouder(s).
Er zijn verschillende soorten oudergesprekken:
- Bij de start van een schooljaar: een overdrachts- of kennismakingsgesprek
- Gedurende het schooljaar het voortgangsgesprek n.a.v. het verslag
- Tussentijds gesprek, een extra gesprek als er zorgen of vragen zijn.
- Na 3-4 weken is er een eerste oudergesprek voor de leerlingen die instromen in groep 1
- Naast de voortgangsgesprekken die standaard worden gehouden n.a.v. het verslag kan er zowel vanuit de ouders als vanuit school het initiatief genomen worden voor een tussentijds gesprek.
- Van de gesprekken wordt een verslag gemaakt. Aan de ouders vragen we een akkoord. De ouders krijgen indien gewenst een kopie mee. Dit verslag vormt de basis voor een eventueel vervolggesprek.
De school organiseert een aantal ouderavonden per jaar.
- Klassenavonden: Aan het begin van het schooljaar worden er bouwbreed klassenavonden georganiseerd. Het doel van deze avond is ouders te informeren over de activiteiten en werkwijze in dit schooljaar en kennis te maken met de andere ouders in de klas
- Voorlichting voortgezet onderwijs: Ouders van de leerlingen van groep 7 en 8 informeren over het advies en de aanmeldingsprocedure voor het voortgezet onderwijs.
- Rondleiding en informatief intakegesprek met de directeur bij inschrijving
- Aan het begin van het schooljaar is er (vanaf groep 3) een ‘ omgekeerd oudergesprek’ (kennismaking/startgesprek)
- De leerlingen van groep 3 t/m 7 ontvangen tweejaarlijks een rapport over de vorderingen van het kind. Het rapport wordt samen met de gegevens van het cito leerlingvolgsysteem met de leerkracht besproken
- De leerlingen van groep 2 krijgen aan het eind van het schooljaar een rapport
- De leerlingen van groep 8 krijgen in februari een adviesgesprek VO en een rapport
- De school communiceert via Parro
- De nieuwsbrief van de directie wordt via Parro verstuurd
- De belangrijkste school informatie voor aankomende ouders staat op de website www.montessorischool-zuid.nl
- De belangrijkste informatie voor ouders is terug te vinden in Parro en op de website
- Ouders gebruiken Parro voor korte mededelingen of om een afspraak te maken
- Inhoudelijke zaken worden altijd in een persoonlijk gesprek besproken
- De schoolgids staat ter inzage op de website. Deze wordt jaarlijks aangepast
- Eens in de vier jaar wordt een ouderenquête afgenomen
- Ouders worden regelmatig bevraagd via ons kwaliteitssysteem WMK
- Maandelijkse inloop-/koffieochtenden
- Exit gesprekken bij tussentijdse schoolverlaters
Iedere ouder kan meehelpen om de school beter te laten functioneren. Door praktische hulp te bieden of door mee te praten en mee te beslissen over allerlei schoolzaken. Ouders kunnen zitting nemen in het bestuur, de medezeggenschapsraad of de oudercommissie.
Investeren in onderlinge contacten van ouders verdient ook aandacht. Ouders die elkaar kennen, spreken elkaar ook aan. Ouder-oudercontacten helpen ouders onderling en kunnen zo ook de school (de leraar) ondersteunen.
Vier vormen van ouderparticipatie: meeleven, meehelpen, meedenken, meebeslissen.
Na een scheiding hebben beide ouders recht op informatie. Beide ouders krijgen een inlogcode voor Parro voor alle relevante informatie. We gaan ervan uit dat ouders ook na de scheiding samen de verantwoordelijkheid dragen voor hun kind(eren) en dat ze samen op oudergesprekken komen. Ook gaan we ervan uit dat ouders elkaar op de hoogte houden. Wanneer de communicatie tussen de ouders ernstig verstoord is, zal de school hier rekening mee houden door beide ouders apart van informatie te voorzien. Ouders moeten zelf aangeven dat dit wenselijk is.
Onze school is een montessoribasisschool. Het bevoegd gezag is het bestuur van Stichting Alberdingk Thijm Scholen (AT Scholen) en bestaat uit Saskia Makker-Velthuis (voorzitter) en Bart van den Haak.
Onder hetzelfde bestuur vallen 18 andere basisscholen. Iedere basisschool heeft een eigen directie, medezeggenschapsraad en oudercommissie. Daarnaast kennen we de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Iedere medezeggenschapsraad wordt vertegenwoordigd in de GMR van AT Scholen.
Postadres: Postbus 700, 1200 AS Hilversum
Telefoon: 035-6460088
E-mailadres: bestuur@atscholen.nl
Medezeggenschapsraad (MR)
Elke basisschool heeft een medezeggenschapsraad. De medezeggenschapsraad is het orgaan waarin de belangen van ouders en personeel worden vertegenwoordigd. De medezeggenschapsraad bestaat uit drie personeelsleden en drie ouders. Leden van de medezeggenschapsraad zijn actief betrokken bij de besluitvorming over het beleid van de school. De MR vergadert volgens een vastgesteld rooster. De MR doet verslag van de besproken thema’s in de MR nieuwsbrief. De MR is te benaderen op de maandelijkse koffieochtend en per mail: mr@mtsz.nl.
Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR)
Onze school valt onder het bestuur van Alberdingk Thijm Scholen PO. Dit bestuur overlegt enkele keren per jaar met de GMR. De GMR bestaat uit ouders en leerkrachten die worden gekozen uit de medezeggenschapsraden van de scholen die deel uitmaken van onze stichting. Iedere school vaardigt uit zijn MR één ouder en één leerkracht af. De GMR geeft advies en instemming over alle beleidsplannen op stichtingsniveau, alsmede de begroting van de gehele stichting. Meer informatie vindt u op de website van onze school.
De oudercommissie bestaat uit enthousiaste ouders die het team ondersteunen bij allerlei activiteiten. Elk OC-lid is indien mogelijk ook klassenouder. De klassenouder en de leerkracht regelen samen de klassenactiviteiten die buiten het normale lesprogramma vallen zoals: juffen- en meester verjaardag, pasen, bezoek Sinterklaas en kerstactiviteiten en begeleiding bij excursies. De oudercommissie vergadert zo’n acht keer per jaar. De OC is te bereiken via OC@m>tsz.nl
De gelden van de vrijwillige ouderbijdrage worden gebruikt voor niet gesubsidieerde (dus extra) voorzieningen die de leerlingen en het onderwijs ten goede komen, zoals culturele vorming, schoolreisjes, excursies, city run, avondvierdaagse, gastdocenten en tussenschoolse opvang. In het belang van de continuïteit werkt de school met de kinderopvangorganisatie Bink voor het verzorgen van de tussenschoolse opvang (TSO). Door het werken met een professionele organisatie is de continuïteit gewaarborgd. De leerkrachten krijgen op deze manier de lunchpauze, waar zij vanuit de CAO recht op hebben.
De besteding en hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage wordt jaarlijks vastgesteld na instemming van de oudergeleding van de (gemeenschappelijke) Medezeggenschapsraad. De vrijwillige ouderbijdrage betreft een bedrag per leerling per schooljaar, waarbij uitgegaan wordt van tien (onderwijs)maanden. De vrijwillige ouderbijdrage is een totaalbedrag voor alle extra’s die de school biedt, zodat er gedurende het jaar geen extra kosten meer in rekening gebracht worden. De besteding van de vrijwillige ouderbijdrage wordt jaarlijks door de directie verantwoord. De verantwoording is op te vragen bij de directie.
De vrijwillige ouderbijdrage mag voor ouders geen financiële belemmering vormen om kinderen bij een van onze scholen aan te melden. Het niet voldoen van de vrijwillige ouderbijdrage leidt niet tot het uitsluiten van leerlingen van deelname aan activiteiten. Indien door ouders gewenst, kan een financiële regeling worden getroffen. Stichting AT-scholen gaan uit van het solidariteitsbeginsel.
9. Organisatie en kwaliteit
Onze school heeft een vaste procedure voor het aannemen van leerlingen. Kinderen worden geplaatst op voorwaarde dat er plek is. Komt er een plek vrij dan gaan kinderen van de wachtlijst voor. Kinderen met een broertje of zusje op school hebben voorrang bij plaatsing.
Als je geïnteresseerd bent in onze school en erover denkt om je kind(eren) bij ons in te schrijven, neem dan contact op met ons. We zijn op werkdagen bereikbaar op 035-6215057 of via de mail info@mtsz.nl. Iedere dinsdagmiddag (m.u.v. schoolvakanties) is er van 13.00 tot 14.30 uur een telefonisch spreekuur waar je je vragen kunt stellen over de aanmeldprocedure.
Ter kennismaking organiseren we op enkele vaste (donder)dagen gedurende het schooljaar een informatieve ochtend met een rondleiding door de school. Na het bijwonen van een rondleiding ontvang je een inschrijfformulier.
We onderhouden een goede relatie met de montessori-peuterspeelzaal. Het pedagogisch handelen is op elkaar afgestemd. We zorgen voor een goede overdracht bij de overgang van de montessori-peuterspeelzaal naar onze school. De montessori-peuterspeelzaal staat los van onze school en valt onder de verantwoordelijkheid van Bink Kinderopvang. Kinderen van de montessori-peuterspeelzaal moeten zich ook tijdig inschrijven bij ons op school. Ze hebben geen voorrang op andere kinderen.
Onze school beschikt niet over voorzieningen met betrekking tot de voorschoolse opvang. De school heeft een continurooster waarbij de leerkrachten en de BSO Het Kraaiennest, de begeleiding van het overblijven realiseren. Voor leerlingen van werkende ouders bestaat de mogelijkheid van naschoolse opvang. Leerlingen van onze school, die daarvan gebruik maken, worden aan het eind van de schooldag opgehaald in school door leidsters/leiders van de naschoolse opvang. Kinderen tot een jaar of zeven, gaan naar het Kraaiennest aan de Admiraal de Ruyterlaan. De oudste kinderen (vanaf acht jaar) gaan naar de Hasselbraam, iets verderop in de wijk. Ook tijdens studiedagen en in de vakanties is opvang mogelijk. De naschoolse opvang wordt verzorgd door meerdere organisaties: Bink Kinderopvang en Compananny in Hilversum en Eigen & Wijzer in Loosdrecht.
Op Montessorischool Zuid worden ambities volgens een vaste cyclus beoordeeld. Op basis van onze bevindingen verbeteren of borgen we onze kwaliteit. Onze kwaliteitszorg is gekoppeld aan een integraal personeelsbeleid. We streven ernaar dat onze medewerkers competenties ontwikkelen die gerelateerd zijn aan de beleidsterreinen die we belangrijk vinden. Daardoor borgen we dat de schoolontwikkeling en de ontwikkeling van onze medewerkers parallel verloopt.
Onze school legt systematisch verantwoording af aan de verschillende stakeholders. De ouders ontvangen maandelijks een nieuwsbrief via de ouderapp, Parro. De schoolgids is een belangrijk medium om ouders op de hoogte te stellen van zaken die van belang zijn. Vanzelfsprekend informeren we de MR en het bestuur.
Op iedere school wordt eens in de vier jaar een uitgebreid inspectieonderzoek afgenomen. Onze school is voor het laatst bezocht in juni 2022. Op de website van de onderwijsinspectie (www.onderwijsinspectie.nl ) zijn alle rapporten in te zien. Het laatste rapport staat ook op de website van de school.
Om een beeld te krijgen van de visie van ouders op onze school houden we eens in de vier jaar een enquête onder alle ouders. De enquête nemen wij in het voorjaar van 2023 af. De vragen die gesteld worden gaan over:
- het schoolgebouw en de omgeving
- de schoolorganisatie
- het karakter van de school
- de visie op de deskundigheid van het team
- de klas en de leerkracht
- de schoolkeuze
- goede punten en verbeterpunten
De Nederlandse Montessori Vereniging visiteert regelmatig scholen om te zien of zij voldoen aan de criteria voor goed Montessorionderwijs. Bij de visitatie van maart 2023 is ons moderne montessorionderwijs bij de NMV in de smaak gevallen. De auditcommissie gaf aan dat Maria Montessori trots op onze school geweest zou zijn! En dat vinden wij ook!
10. Schoolse zaken
Vanaf 8.20 uur staan de schooldeuren open. Ouders kunnen de kinderen tussen 8.20 en 8.30 uur tot aan de buitendeur van de klas vergezellen. Om 8.30 uur beginnen de lessen. Op de inloopochtenden (de eerste woensdag of vrijdag van de maand) mag je even met je kind mee de klas in. De lessen starten dan om 8.45 uur.
Om 14.30 uur kun je je kind buiten opwachten. Na 14.30 uur kun je, na overleg met de leerkracht, eventueel de klas in om werk te bekijken. Als de leerkracht een oudergesprek heeft gepland, is dit niet mogelijk. In verband met de hygiëne is het niet toegestaan wandelwagens en honden mee naar binnen te nemen.
Omdat de ruimte om fietsen te plaatsen rondom de school beperkt is hanteren wij het volgende beleid:
- de leerlingen van de onder- en middenbouw (groep 1 t/m 4) plaatsen hun fietsen aan de kant van het speellokaal in de daarvoor bestemde rekken
- de bovenbouwleerlingen (groep 5 t/m 8) plaatsen hun fietsen aan de kant van de bovenbouw ingang.
Om goed op het schoolplein te kunnen spelen, gaan niet alle klassen tegelijk naar buiten, maar volgens een rooster. Als de kinderen buiten spelen, zijn er leerkrachten buiten om toezicht te houden. Elke ochtend is er in de klas gelegenheid om fruit of groenten te eten. Tijdens dit hapje bestaat ook de mogelijkheid om iets te drinken (geen koolzuurhoudende dranken). We gaan in de eerste plaats uit van een gezonde snack.
NB: Onze school is pindakaas-vrij, omdat we een leerling hebben die een zeer ernstige allergie heeft.
Als het kind jarig is mag het trakteren. We vragen de traktaties zo gezond mogelijk te houden. Houd de omvang van de traktatie bescheiden en laat een cadeautje achterwege.
Alle mailing vanuit school gebeurt digitaal, via Parro, de ouderapp. De nieuwsbrief verschijnt eens per maand.
Is je kind door ziekte of bezoek aan een arts, tandarts, orthodontist, e.d. niet in staat de school te bezoeken dan kun je dit melden via Parro, de ouderapp (absenties & verlof). Probeer deze afspraken zoveel mogelijk na schooltijd te plannen. Wanneer de leerling niet voor 9.00 uur is afgemeld dan neemt de school uit voorzorg contact op.
De Nederlandse leerplichtwet geldt voor kinderen vanaf 5 jaar. Het is niet mogelijk extra verlof te krijgen voor korte vakanties tussendoor of voor een verlenging van de vakantie. De enige uitzondering wordt gemaakt voor ouders, die door de aard van hun beroep nooit gebruik kunnen maken van de vastgestelde schoolvakanties. Alleen als er sprake is van gewichtige omstandigheden kunnen ouders een verzoek indienen bij de directeur van de school. Per verzoek zal beoordeeld worden of dit ‘geoorloofd verzuimd’ betreft.
Enkele voorbeelden die onder geoorloofd verzuim vallen:
- huwelijk van bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad,
- huwelijksjubilea 12½, 25, 40, 50 of 60 jaar bloed-, of aanverwanten t/m de vierde graad,
- overlijden bloed-, of aanverwanten t/m de vierde graad,
- ambtsjubileum 12½, 25, 40, 50, 60 jaar bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad.
Ongeoorloofd verzuim betreft verzuim door:
- een afwijkend vakantierooster van kinderen uit één gezin die op verschillende scholen zitten,
- het ontbreken van andere boekingsmogelijkheden,
- een boeking in het minder drukke seizoen (lagere prijzen),
- een uitnodiging van bv. een tante of oom of grootouders voor een vakantie buiten de schoolvakanties,
- één of meerdere dagen eerder afreizen of later terugkomen van een vakantie om de drukte te vermijden,
- eerder afreizen, omdat men op een bepaalde tijd het vakantieadres bereikt moet hebben.
Verlof vraag je aan bij de directie. In de aanvraag geef je altijd de reden op waarom je verlof wilt voor je kind. Officieel doe je dit zes weken van tevoren. We vinden het belangrijk dat dit ruim van tevoren gebeurt, zodat we tijd hebben om te reageren. De directeur mag verlof geven als er sprake is van een bijzondere situatie buiten de officiële verlofgronden om. Een kind is leerplichtig als hij/zij 5 jaar is, maar ook als je kind nog 4 jaar is, vraag je officieel het verlof aan, zodat we op de hoogte zijn dat je kind afwezig zal zijn.
Op de agenda in Parro (de ouderapp) staat aangegeven wanneer de verjaardag van de leerkracht wordt gevierd. Eventueel met hulp van de klassenouder wordt er een klassenfeest georganiseerd. Dit feestje vieren de leerkrachten allemaal op dezelfde dag, de ‘juffen- en meestersdag’.
De school is verzekerd via een collectieve verzekering tegen ongevallen en is WA verzekerd voor alle activiteiten in schoolverband; dus ook tijdens excursies, sportdagen etc. De verzekering dekt niet de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van diefstal, vernieling, vermissing, verduistering en verwisseling van goederen. De school kan niet aansprakelijk worden gesteld door schade die kinderen elkaar of elkaars eigendommen toebrengen. Dit is vaak een kwestie van de persoonlijke WA-verzekering van de ouders. Voor schade die kinderen, al dan niet opzettelijk, aan schooleigendommen toebrengen, worden de ouders aansprakelijk gesteld.
Hoofdluis komt op elke school met regelmaat voor, vooral na vakantieperiodes. Ongeacht de lichaamsverzorging kan iedereen hiermee besmet raken. Na elke schoolvakantie vragen we ouders hun kinderen te controleren op hoofdluis. Daarnaast worden in de week na iedere vakantie de leerlingen in de klassen extra gecontroleerd door ouders van de oudercommissie. Na constatering van hoofdluis binnen de groep volgt een extra controle. Indien er luis bij je kind geconstateerd is, word je gebeld. Los van de controle op school is het van groot belang dat ouders thuis ook regelmatig de kind(eren) controleren en bij aangetroffen luizen of neten de volgende actie onderneemt:
- leerkracht informeren
- overige gezinsleden controleren
- melden aan de ouders van vriendjes en vriendinnetjes
- direct de haren behandelen met een speciale shampoo (te verkrijgen bij apotheek of drogist)
- nabehandelen door twee weken dagelijks te kammen met een luizenkam
Relatief veel ouders brengen hun kind(eren) met de auto en tegenwoordig ook met de (elektrische) bakfiets naar school. De veiligheid rondom de school is een voortdurende zorg. Omdat veel ouders de auto parkeren om 's ochtends de kinderen de school in te brengen en 's middags bij de klassen op te halen, is er veel overlast van geparkeerde auto's. De buurtbewoners klagen regelmatig over het feit dat auto's geparkeerd staan voor uitritten. Ouders en leerlingen die lopend en/of op de fiets naar school komen, hebben last van geparkeerde auto's en bakfietsen op de stoep omdat hun zicht ernstig wordt belemmerd. De fiets van de ouder dient zo dicht mogelijk tegen de beplanting en/of het hek aangezet te worden. Heel fijn als iedereen zo veel mogelijk lopend of met de fiets naar school komt!
Voor een bezoek aan een voorstelling , een workshop of een andere excursie in de buurt gaat groep 7 en 8 vaak op de fiets. Uiteraard onder extra begeleiding. We hebben duidelijke afspraken en regels waar we ons aan houden.
Ouders mogen alleen bij excursies en uitstapjes leerlingen onder schooltijd vervoeren, als ze in het bezit zijn van een inzittende verzekering. Bovendien gaan wij ervan uit dat bij het vervoer van onze leerlingen de autogordels worden gebruikt. Ouders die helpen met het vervoeren van leerlingen vragen wij het protocol voor meerijden te ondertekenen. Dit protocol is op te vragen bij de directie.
Gevonden voorwerpen worden verzameld in een mand bij de hoofdingang. Tijdens de inloopochtenden stellen we de gevonden voorwerpen altijd tentoon en kun je je eigendommen meenemen. Na de inloopochtend worden de niet opgehaalde kledingstukken door de oudercommissie weggebracht naar een goed doel. Het is uitermate handig dat kleding van het kind voorzien is van een naam. Dat geldt ook voor de bekers, bakjes en lunchtrommels.
Aan het begin van het nieuwe schooljaar wordt de leerlingenlijst gedeeld door de leerkracht. Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het up to date houden van de (NAW) informatie zodat wij in geval van nood over de juiste gegevens beschikken. Is er een wijziging, laat het ons weten via het emailadres info@mtsz.nl
Het bewegingsonderwijs wordt door de vakleerkracht gegeven. Wij maken gebruik van het gymlokaal bij de Goudenregenschool, Goudenregenlaan 1 in Hilversum. Dinsdag, woensdag en donderdag zijn onze dagen voor bewegingsonderwijs. De leerlingen van groep 3 tot en met groep 8 worden door de klassenleerkracht naar de gymzaal gebracht en na de les worden de leerlingen door een collega weer opgehaald. Voor de lessen heeft het kind gymkleren nodig bestaande uit een sportbroekje/rokje/pakje met een T-shirt en gymschoenen. Die schoenen mogen alleen in de gymzaal gedragen worden. Graag de gymkleren voorzien van naam, meegeven in een stoffen tas of rugzak. De kinderen die judoën op school ontvangen van ons een pak in bruikleen. Voor iedere vakantie vragen wij je het pak van je kind te wassen.
Enige tijd voordat het kind vier jaar wordt, versturen wij (digitaal) informatie van school over de klassenindeling en andere relevante kleuterzaken. De eerste schooldag is de eerste werkdag na de vierde verjaardag. In de onderbouw nemen de kinderen een plantje mee om te verzorgen. De eerste week is een 'wenweek' waarin het kind halve dagen (tot 11.30 of 11.45 u) naar school gaat.
De eerste dagen komt er veel op het kind af. We adviseren daarom het kind nog niet meteen naar de BSO te laten gaan. Kinderen die geboren zijn in de maanden januari/februari tot en met mei beginnen, indien er in de gewone groepen te veel kinderen zijn, in een startgroep (groep 0) om na de zomervakantie in te stromen in een van de groepen 1 / 2. Afhankelijk van hoe de zomervakantie valt, plaatsen we na een bepaalde datum geen onderbouwleerlingen meer. Kinderen die in juni vier jaar worden, starten bij ons - in overleg - op de eerste dag na de zomervakantie en worden wel uitgenodigd voor de ‘vrolijke ochtend’. Op deze ochtend (vlak voor de zomervakantie) maken alle kinderen kennis met hun nieuwe klas, zo ook de kleuters. Zindelijk zijn is een voorwaarde om naar school te kunnen. Leerkrachten van de onderbouw kunnen geen luiers verschonen en meegaan naar het toilet. Mocht het zo zijn dat het niet zindelijk zijn van een kind een (medische) oorzaak heeft, neem dan contact op met de leerkracht. Samen met ouders kunnen we zoeken naar een passende oplossing.
In principe krijgen de leerlingen de schrijfbenodigdheden van school. Kinderen willen ook nog weleens pennen van thuis meenemen. Dan is het goed te weten dat pennenbakjes niet zijn toegestaan, evenals Tipp-Ex, inktwissers en kneedgum. Voor de onder- en middenbouw stellen we het zeer op prijs als het kind een plantje heeft om zelf te verzorgen.
Mobiele telefoons en smartwatches zijn onder schooltijd niet toegestaan. De leerlingen in de bovenbouw leggen hun telefoon en/of smartwatch aan het begin van de dag in een speciale telefoonzak, -bak of -mand. Het meenemen van telefoons en smartwatches naar school is op eigen risico. Heel soms wordt de telefoon gebruikt als onderdeel van een les in de bovenbouw.
De leerkracht is het eerste aanspreekpunt als het gaat om schoolse zaken. Wil je met de leerkracht een gesprek over je kind, dan kun je een afspraak maken. Dit is het makkelijkst via de ouderapp Parro. Je kunt ook even binnen lopen na schooltijd. Een gesprek kan afgesproken worden op initiatief van de ouder, maar ook de leerkracht kan het initiatief voor een gesprek nemen. 's Ochtends aan de deur is daarvoor geen geschikt moment. Wij staan dan klaar om het kind te ontvangen.
Parro is het communicatiemiddel op onze school. Zowel nieuwsbrieven als berichten uit de klas komen via Parro. Ook kun je hier intekenen voor oudergesprekken, absentiemeldingen doorgeven en verlofaanvragen doen. Verder vind je op het portaal de klassenlijst en bijvoorbeeld foto’s van activiteiten. Voor wat betreft overige communicatie tussen ouders en leerkrachten, is Parro vooral bedoeld voor korte, praktische vragen en mededelingen. Wij voeren geen oudergesprekken via de ouderapp.
Op het moment dat je kind bij ons op school komt, ontvang je op het e-mailadres dat bij ons bekend is (en opgegeven bij het inschrijven) een uitnodiging om je te registreren voor Parro. Mocht je problemen ervaren bij het aanmelden, neem dan contact op met de school via info@mtsz.nl
Op school gelden regels waar leerlingen, ouders, leerkrachten en bezoekers zich aan moeten houden. De regels zijn opgesteld om orde en rust in en om de school te handhaven.
- De leerlingen kunnen vanaf 8.20 uur de school binnen.
- Te laat? Dan graag via de hoofdingang naar binnen, zodat de lessen niet verstoord worden.
- De leerkrachten zijn tussen 8.00 en 8.20 uur aanwezig en melden dat op het aanwezigheidsbord
- De leerling kan de klas in, als de leerkracht er is.
Gesloten klassendeur? De leerling blijft wachten bij de deur en wacht tot de leerkracht open doet.
- De leerkracht staat in de deuropening en heet de leerling welkom.
- Ouders kunnen in de deuropening 's ochtends geen oudergesprekken voeren, hooguit korte mededelingen betreffende het kind.
- De klassendeur gaat om 8.30 uur dicht, dan starten de lessen.
- In de gangen wordt rustig gelopen.
- Trakteren bij verjaardag in de eigen klas.
- Op onze school zitten leerlingen en hun ouders op stoelen.
- Indien er op de gang door leerlingen en leerkrachten gewerkt wordt, verwachten we dat ouders rustig binnenkomen, zodat het lesprogramma niet verstoord wordt.
- Indien het team onrechtmatigheden constateert, zijn leerkrachten gerechtigd in de tassen c.q. jassen van leerlingen te kijken. Voor alle leerlingen moet de school een veilige omgeving zijn.
- Telefoons zijn voor de leerlingen bij wet verboden onder schooltijd. Indien de leerling dergelijke zaken toch meeneemt naar school, is dat voor eigen risico.
Aan het begin van elk schooljaar controleren ouders, per kind, de N.A.W.-gegevens. Met name de telefoonnummers zijn van belang zodat we te allen tijde ouders (of een andere bekende in geval van nood) kunnen bereiken. Daarnaast zijn gegevens over medicijngebruik, allergie etc. belangrijk.
Medisch handelen valt officieel niet binnen de bevoegdheden van een leerkracht. Als een kind medicijnen nodig heeft gedurende het verblijf op school zullen de ouders hun zeggenschap over de toediening van de geneesmiddelen moeten overdragen aan de school. Om de gezondheid van de kinderen te waarborgen is het van groot belang dat de geneesmiddelen op de juiste wijze worden verstrekt. Omdat het hier gaat om het overdragen van de zeggenschap, moet de toestemming van de ouders schriftelijk worden vastgelegd. Indien het kind structureel medicijnen gebruikt vullen de ouders het toestemmingsformulier m.b.t. het verstrekken van medicijnen op verzoek in. Het formulier is op te vragen bij de schoolleiding net zoals het protocol medisch handelen.
Kinderen met een allergie moeten zo veel mogelijk mee kunnen doen met de activiteiten op school. Als kinderen een allergie hebben dan is de school natuurlijk bereid om hier rekening mee te houden. Vaak gaat het om traktaties. Als de school op de hoogte is, zal zij bij feestdagen een alternatieve traktatie voor kinderen met een allergie verzorgen. Bij de verjaardagtraktaties in de klas zorgt de ouder zelf voor een vervangende traktatie. Ouders van kinderen met een allergie vullen een allergie paspoort in. Dit paspoort kan opgevraagd worden bij de leerkracht of bij de schoolleiding.
Kinderen in de leeftijd van 0-19 jaar worden door de afdeling Jeugd en Gezin van Gooi & Vechtstreek (JGGV) verschillende keren uitgenodigd voor een gezondheidsonderzoek. Voor welke onderzoeken worden kinderen in de basisschoolleeftijd uitgenodigd? En met welke vragen kunnen kinderen en ouders terecht bij de JGGV?
Alle kinderen uit groep 2 worden uitgenodigd voor een onderzoek door de jeugdarts. Er wordt uitgebreid gekeken naar de groei, ontwikkeling en de gezondheid. De arts let o.a. op de ogen, de oren, lengte en gewicht, de spraak/taalontwikkeling, de voeding, het bewegen (grove en fijne motoriek) en het gedrag van het kind.
Alle leerlingen uit groep 7 worden gezien door de doktersassistente. Zij weegt en meet het kind. Ook onderzoekt zij de ogen en oren als er twijfels zijn over het zien of horen. Naar aanleiding van dit onderzoek wordt gekeken of een kind extra aandacht van de JGGV nodig heeft. Een afspraak bij de arts of verpleegkundige is mogelijk het gevolg. Dit onderzoek vindt plaats zonder de ouder.
In het kalenderjaar dat kinderen 9 jaar worden, ontvangen zij een oproep voor twee vaccinaties; één tegen Difterie, Tetanus en Polio (DTP) en één tegen Bof, Mazelen en Rodehond (BMR).
Daarnaast ontvangen meisjes, in het kalenderjaar dat zij 12 jaar worden, een oproep voor de inenting tegen baarmoederhalskanker (HPV). Deze inenting bestaat uit drie prikken. Wanneer een kind onvolledig is ingeënt, kunnen ouders voor de ontbrekende inentingen bij de JGGV terecht.
- Vragen over de ontwikkeling
Als er vragen zijn over de lichamelijke, geestelijke of sociale ontwikkeling, kunnen kinderen en ouders contact opnemen met de JGGV. Bijvoorbeeld bij vragen over taal/spraak, voeding, leefgewoonten, moeilijk gedrag, pesten, veiligheid, sport en beweging, seksualiteit, zindelijkheid, etc. In de meeste gevallen kan de arts of verpleegkundige hierbij voorlichting of advies geven. In sommige gevallen verwijzen zij door.
Ook voor vragen over de opvoeding kunnen ouders terecht bij de JGGV. De verpleegkundigen en artsen kunnen tips en hulp bieden om het opvoeden makkelijker te maken. Zij doen dat volgens de methode Triple P (Positief Opvoeden). Daarnaast biedt de GGD de oudercursus Opvoeden & Zo (3-11 jaar) en ‘Beter omgaan met pubers’ (12-18 jaar) aan.
Naar aanleiding van vragen en/of problemen kan er een extra onderzoek worden afgesproken. Dit kan op verzoek van het kind, de ouder of bijvoorbeeld een leerkracht. Kinderen die niet in groep 2 of 7 zitten, kunnen dus ook in aanmerking komen voor een onderzoek bij de verpleegkundige of arts.
Een goede spraak- en taalontwikkeling is belangrijk voor de totale ontwikkeling van het kind en voor het goed volgen van het onderwijs. Het vroegtijdig onderkennen van spraak-, taal- en gehoorproblemen kan leerstoornissen op latere leeftijd voorkomen. Daarom komen onderbouw leerlingen in aanmerking voor een kort logopedisch onderzoek. Dit onderzoek is preventief van opzet en vooral gericht op de vijfjarigen. Doel is om eventuele logopedische problemen zo vroeg mogelijk op te sporen. De logopedist zal vooral letten op zaken als stem, spraak, taal, gehoor en mondgewoonten. Het onderzoek vindt plaats op school onder schooltijd. Een kind wordt pas gescreend wanneer de ouders hiervoor schriftelijk toestemming hebben gegeven.
Kinderen, zieken of ouderen zijn extra kwetsbaar voor infectieziekten. Sommige infectieziekten kunnen voor hen ernstige gevolgen hebben. Voor instellingen is het mogelijk een ongewoon aantal zieken snel op te merken. Op basis van artikel 26 van de Wet Publieke Gezondheid hebben instellingen waar kwetsbare groepen verblijven of samenkomen de wettelijke plicht om een ongewoon aantal zieken te melden bij de arts infectieziekten van de GGD. Ook een basisschool heeft meldingsplicht en moet aandoeningen melden die (ook) door niet-medici kunnen worden vastgesteld: diarree, geelzucht, huidaandoeningen of andere ernstige aandoeningen van vermoedelijk infectieuze aard bij de kinderen of het personeel. De directeur van de school dient een ongewoon aantal zieken binnen een werkdag per telefoon te melden aan de GGD. Het telefoonnummer van de afdeling infectieziekten is (035) 692 62 22. In overleg met de school kan de GGD nader onderzoek instellen en maatregelen adviseren om verdere verspreiding van de ziekte naar personen binnen en buiten de school tegen te gaan.
De GGD kan de school adviseren over het informeren van contacten, de noodzaak van wering en antwoord geven op allerlei vragen die zich bij een uitbraak van een infectieziekte kunnen voordoen. Meer informatie over de wettelijke achtergronden van de meldingsplicht is te vinden via deze link: http://www.rivm.nl/cib/
11. Afspraken
Alberdingk Thijm Scholen hanteert een breed toelatingsbeleid. Er zijn geen wachtlijsten. In het basisonderwijs wordt in principe elke leerling geplaatst. Ook als een leerling – om welke reden dan ook – extra begeleiding/ondersteuning nodig heeft, zal worden onderzocht of de leerling toch op de betreffende school terecht kan.
In principe worden leerlingen toegelaten op basis van toelaatbaarheid in de betreffende groep. De groep is in eerste instantie afhankelijk van de leeftijd van het kind, maar wij kijken daarbij ook naar de eerdere schoolloopbaan en het ontwikkelingsniveau van het kind. Kinderen die tussen oktober en december instromen in groep 1, worden goed door de leerkrachten geobserveerd om te kijken of zij het schooljaar erop nog een jaar in groep 1 blijven of al door kunnen stromen naar groep 2. Kinderen die na januari instromen, blijven in principe nog een jaar in groep 1.
Het kan voorkomen dat de school adviseert dat een leerling een klas overdoet om verdere kennis en vertrouwen op te bouwen voordat hij/zij naar de volgende groep doorstroomt. Dit gebeurt alleen als de leerkracht zich ernstige zorgen maakt dat een kind de situatie in de volgende groep niet het hoofd zal kunnen bieden. Wij kijken hierbij naar de gehele ontwikkeling van een kind en de beslissing om een leerling te laten doubleren zal nooit gebaseerd zijn op één enkel aspect van de ontwikkeling, hetzij academisch, hetzij sociaal- emotioneel.
De uiteindelijke beslissing over doubleren ligt bij de school. Uiteraard zal in voorkomende gevallen tijdig contact opgenomen worden met de ouders.
Bij de overgang van groep 2 naar groep 3 kijken wij uitgebreid naar alle voorwaarden voor een succesvolle start in groep 3.
Het kan echter voorkomen dat de school die benodigde ondersteuning niet kan bieden. Verder onderzoek moet dan uitwijzen op welke school de leerling het best op zijn/haar plek is. Een multidisciplinair team van deskundigen verbonden aan het W.J.F. Nuyens Instituut voert dit onderzoek uit en komt op basis van de resultaten van het onderzoek met een advies. Hieruit kan blijken dat een leerling in aanmerking komt voor een arrangement van het Nuyens Instituut. Enkele voorbeelden van arrangementen vindt u op bovengenoemde website. Alberdingk Thijm Scholen heeft 18 basisscholen, waarvan een school voor speciaal basisonderwijs (C. Hummelingschool) en 8 middelbare scholen in het Gooi. Alle scholen hebben een eigen profiel waarmee een breed netwerk van ondersteuning en begeleiding wordt aangeboden. Kijk voor informatie over alle schoolprofielen op de website van Alberdingk Thijm Scholen.
Afhankelijk van het advies kan een leerling geplaatst worden op een school binnen dit netwerk of daarbuiten. Een leerling kan altijd geplaatst worden op een school ergens in de regio. Alle basisscholen van Alberdingk Thijm Scholen zijn aangesloten bij het Samenwerkingsverband UNITA. Meer informatie hierover en de contactgegevens staan op de website van Samenwerkingsverband Unita: www.swvunita.nl
Wij doen ons uiterste best om te zorgen dat de leerlingen en hun ouders een goede tijd ervaren op onze school. Desondanks kan het voorkomen dat ouders een klacht hebben. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld de begeleiding van leerlingen, de toepassing van strafmaatregelen, de beoordeling van leerlingen, seksuele intimidatie, discriminerend, agressief of gewelddadig gedrag. Een klacht wordt bij voorkeur eerst bespreekbaar gemaakt op het niveau waarop de klacht ontstaat. In de meeste gevallen zal dit de groepsleerkracht zijn. Als dit overleg niet leidt tot een oplossing van het probleem, dan kan de klacht besproken worden met de coördinator leerlingzaken of de directie.
Als er op schoolniveau geen oplossing wordt gevonden voor de klacht, dan kan de klager worden doorverwezen naar de vertrouwenspersoon van de stichting, de heer J.B. van Luit. De vertrouwenspersoon is bereikbaar via de directie van de school of via: Vertrouwenspersoon Alberdingk Thijm Scholen, Postbus 700, 1200 AS Hilversum. E-mail: vertrouwenspersoon@atscholen.nl. De klager kan ook direct contact opnemen met de vertrouwenspersoon, als de aard van de klacht hiertoe aanleiding geeft. De vertrouwenspersoon heeft als taak zorg te dragen dat klachten van ouders/verzorgers op een zorgvuldige manier worden afgehandeld. De vertrouwenspersoon gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een (schriftelijke) klacht bij het bestuur of de klachtencommissie. Hij kan proberen te bemiddelen om de zaak op te lossen en begeleidt de klager desgewenst ook bij de verdere procedure. De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding van alle zaken die hij in die hoedanigheid verneemt.
De officiële klachtenregeling (‘Klachtenregeling Alberdingk Thijm Scholen PO') ligt op school ter inzage. U kunt de klachtenregeling daar eventueel ook afhalen.
Onderstaand stappenplan is de route die bij voorkeur wordt gevolgd bij de behandeling van een klacht opdat deze zo zorgvuldig en efficiënt mogelijk wordt opgelost.
Stap 1
De ouder/verzorger, hierna ‘klager', bespreekt zijn klacht zo mogelijk met degene tegen wie de klacht gericht is, hierna ‘aangeklaagde'. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2.
Stap 2
De klager bespreekt zijn klacht met de directeur. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 3. Indien de klacht betrekking heeft op de directeur, volg na stap 1 direct stap 3.
Stap 3
De klager wendt zich, via de directeur, tot de vertrouwenspersoon. Deze gaat na of de klacht door bemiddeling tot een oplossing kan worden gebracht dan wel aanleiding geeft tot het indienen van een klacht bij het bestuur (stap 4) of bij de Landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs (stap 5).
Stap 4
De klager dient, al dan niet bijgestaan door de vertrouwenspersoon, een klacht in bij het bestuur. Het bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 5.
Stap 5
De klager dient, al dan niet bijgestaan door een gemachtigde, een klacht in bij de Landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs. (Adresgegevens: Postbus 82324, 2508 EH Den Haag; www.gcbo.nl) Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bestuur hierover.
De Landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs brengt advies uit aan het bevoegd gezag, inhoudende:
- het oordeel met betrekking tot de (niet-)ontvankelijkheid van klager;
- het oordeel met betrekking tot de (on)gegrondheid van de klacht;
- een eventuele aanbeveling ten aanzien van door het bevoegd gezag te treffen maatregelen.
Stap 6
Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie besluit het bestuur wat te doen met het advies en deelt dit schriftelijk mede aan de klager, de aangeklaagde, de directeur van de betrokken school en de klachtencommissie.
In geval van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, is het mogelijk de leerling een time-out te geven of te schorsen. Een time-out kan daarnaast worden opgelegd als een leerling voor onderzoek naar leer- of gedragsproblemen tijdelijk naar een andere school wordt verwezen. De ouders worden, soms samen met de leerling, na schooltijd uitgenodigd voor een gesprek. De directeur overlegt met het schoolbestuur, alvorens een besluit tot schorsing te nemen. Indien er wordt overgegaan tot een schorsing, dan wordt dit de ouders door de directeur schriftelijk kenbaar gemaakt. Het schoolbestuur en de leerplichtambtenaar krijgen een afschrift van dit besluit tot schorsing. Indien het een schorsing betreft voor een periode langer dan één dag, ontvangt ook de onderwijsinspectie een afschrift van het besluit.
Een besluit tot verwijdering wordt genomen door het schoolbestuur. Voordat hiertoe wordt besloten, vindt er een gesprek plaats tussen het schoolbestuur, de schoolleiding en de betrokken groepsleerkracht. Daarnaast worden de ouders van de leerling, eventueel samen met de leerling, door het schoolbestuur uitgenodigd voor een gesprek. Definitieve verwijdering van een leerling vindt niet plaats voordat het schoolbestuur ervoor heeft zorg gedragen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Ook het besluit tot verwijdering wordt de ouders schriftelijk medegedeeld. De leerplichtambtenaar krijgt een afschrift van het besluit tot verwijdering.” Tegen het besluit tot verwijdering kunnen de ouders binnen zes weken bezwaar aantekenen.
Alle kinderen van 5 jaar en ouder zijn leerplichtig en kunnen niet zomaar de lessen verzuimen. Er is een leerplichtwet die verlof e.d. regelt:
- Extra verlof bij religieuze feesten. Als uw kind plichten moet vervullen die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging, dan bestaat er recht op verlof.
- Op vakantie onder schooltijd. Vakantie onder schooltijd is alleen mogelijk als uw kind door de specifieke aard van uw beroep niet tijdens de schoolvakanties op vakantie kan gaan. In dat geval mag de directeur van de school één keer per schooljaar uw kind vrij geven, zodat er toch een gezinsvakantie kan plaatsvinden. Het moet dan wel gaan om de enige gezinsvakantie gedurende dat jaar. Naast uw aanvraag via een verlofformulier – dat u op school kunt verkrijgen of kunt downloaden van onze website – dient u een werkgeversverklaring te kunnen overleggen, waaruit naast de specifieke aard van uw beroep ook de reden aangegeven moet zijn waarom u niet tijdens een schoolvakantie verlof op kunt nemen. U moet met de volgende voorwaarden rekening houden:
- u kunt maar voor maximaal 10 schooldagen aaneengesloten verlof krijgen
- verlof tijdens de eerste 2 weken van het schooljaar is wettelijk niet toegestaan
- het verlof moet ten minste 8 weken van tevoren schriftelijk bij de directeur van de school worden aangevraagd (dit i.v.m. een eventuele bezwaarprocedure).
- Verlof wegens andere gewichtige omstandigheden. Hiermee worden situaties bedoeld die buiten de wil van u en/of uw kind liggen. Voor bepaalde gewichtige omstandigheden kan vrij worden gevraagd. U kunt hierbij denken aan:
- verhuizing van het gezin;
- bijwonen van het huwelijk van een bloed- of aanverwant;
- ernstige ziekte van een bloed- of aanverwant;
- overlijden van een bloed- of aanverwant;
- viering van een (25-, 40- of 50-jarig) huwelijks- of ambtsjubileum van bloed- of aanverwanten.
U dient uw verzoek voor verlof (te downloaden via de website) altijd schriftelijk in te dienen bij de directeur van de school. Tot een periode van maximaal 10 schooldagen neemt de directeur zelf een beslissing op uw aanvraag. Alleen bij verlof voor “andere gewichtige omstandigheden” kan het voorkomen dat een verlofperiode noodzakelijk is die langer dan 10 schooldagen duurt. In dat geval stuurt de directeur van de school uw aanvraag door aan de leerplichtambtenaar van het regionaal bureau leerlingzaken te Bussum. Deze neemt, na overleg met de directeur van de school, een beslissing op uw verzoek.
Op onze school is een veiligheidsplan aanwezig. In dit veiligheidsplan staan de volgende zaken:
- Arbeidsomstandighedenbeleid
- Bedrijfshulpverlening en brandpreventie
- Klachtenregeling
- Gedragscode (over seksuele intimidatie, pesten, racisme/discriminatie, agressie/lichamelijk geweld en privacy)
- Veilig internetgebruik en gebruik van andere moderne communicatiemiddelen
- Ontruimingsplan
Onderwijzend personeel heeft in principe niet de bevoegd- en bekwaamheid medisch te handelen. Onder medisch handelen valt ook het toedienen van medicijnen. Het schoolbestuur maakt een onderscheid tussen de verantwoordelijkheid voor onderwijs en zorg. Medisch handelen is geen onderwijsverantwoordelijkheid, maar de school beschikt wel over een protocol dat als leidraad dient in geval van calamiteiten en situaties waar acuut (medisch) handelen noodzakelijk is. Dit ligt ter inzage op de school.
De school is verzekerd via een collectieve verzekering tegen ongevallen en is WA verzekerd voor alle activiteiten in schoolverband; dus ook tijdens excursies, sportdagen, etc. De verzekering dekt niet de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van diefstal, vernieling, vermissing, verduistering of verwisseling van goederen. De school kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die kinderen elkaar of elkaars eigendommen toebrengen. Dit is vaak een kwestie van de persoonlijke WA-verzekering van de ouders. Voor schade die kinderen, al dan niet opzettelijk, aan schooleigendommen toebrengen worden de ouders aansprakelijk gesteld.
Het onderwijs is in toenemende mate afhankelijk van informatie en ICT. De hoeveelheid informatie, waaronder persoonsgegevens, neemt toe door o.a. ontwikkelingen als gepersonaliseerd leren met ICT. Het is belangrijk om informatie goed te beschermen en veilig en verantwoord met persoonsgegevens om te gaan. De afhankelijkheid van ICT en persoonsgegevens brengt nieuwe kwetsbaarheden en risico's met zich mee. Het goed regelen van informatiebeveiliging en privacy (afgekort tot IBP) in een IBP-beleid is noodzakelijk om de gevolgen van deze risico's tot een aanvaardbaar niveau te reduceren en de voortgang van het onderwijs en de bedrijfsvoering optimaal te kunnen waarborgen. Het IBP-beleid van Alberdingk Thijm Scholen geldt voor leerlingen, medewerkers en ouders en is terug te vinden op www.atscholen.nl onder: disclaimer en privacy.
Gedurende het schooljaar komt het voor dat in opdracht van school voorbeelden van projecten en foto's en video's van leerlingen worden gepubliceerd. Ook zal foto- en/of videomateriaal worden gebruikt voor publicaties als schoolwebsite, brochures, promotiematerialen voor open dagen, social mediakanalen en de nieuwsbrief. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met beeldmateriaal waarop leerlingen worden afgebeeld. Indien de school gebruik maakt van de Parro- schoolapp zal via deze app om toestemming worden gevraagd. In andere gevallen zal met een formulier schriftelijk om toestemming worden gevraagd om foto's en/of filmpjes waarin uw zoon of dochter is afgebeeld te kunnen gebruiken voor onze online en offline publicaties. Indien u toestemming geeft voor publicatie en u wilt achteraf toch dat een foto wordt verwijderd dan kunt u dat aangeven bij de schooldirectie. Indien u geen toestemming geeft dan zullen we geen beeldmateriaal publiceren van uw zoon/dochter.
Het kan voorkomen dat wij op school ten behoeve van individuele begeleiding van kinderen of opleiding/coaching van leerkrachten video-opnames maken. Een voorbeeld hiervan is School Video Interactie Begeleiding (SVIB). Deze opnames zijn voor intern gebruik en worden na bestudering/gebruik gewist. Wettelijk mag dit maximaal een jaar bewaard worden. Ook van uw kind kunnen dan tijdelijk beelden worden vastgelegd. Deze opnames zijn voor onderwijskundige doeleinden en vallen dan ook niet onder de privacywet.
Voor het gebruik van beeldmateriaal waar toestemming voor is gegeven, geldt: er zal terughoudend worden omgegaan met foto's en video's van leerlingen. Van ouders en leerlingen die beeldmateriaal maken tijdens school activiteiten verwachten we dat zij terughoudend om gaan met het publiceren van foto's.
Voor alle schoolterreinen geldt dat zowel in het schoolgebouw als op het schoolplein het verboden is te roken. Alberdingk Thijm Scholen staat voor een gezonde leefomgeving en ondersteunt daarmee de uitgangspunten van het landelijke initiatief Rookvrije Generatie.
12. Alberdingk Thijm Scholen
Basisscholen van de Alberdingk Thijm Scholen werken samen op gebied van onderwijs, bestuur en management. Hier vindt u de gegevens van het bestuur en een overzicht van alle scholen die onderdeel zijn van de Alberdingk Thijm Scholen.
Saskia Makker-Velthuis (bestuursvoorzitter) en Bart van den Haak
Postadres: Postbus 700, 1200 AS Hilversum
035 - 646 00 88
bestuur@atscholen.nl
www.atscholen.nl
Blaricum
KBS Bernardus
035 - 538 37 87
Eemnesserweg 18b, 1261 HG
www.kbsbernardus.nl
KBS De Pionier
035 - 523 32 07
Levensboom 8, 1261 MX
www.kbsdepionier.nl
Eemnes Hobbitstee
035 - 538 98 91
Aartseveen 70, 3755 VE
www.hobbitstee.nl
Mariaschool
035 - 533 41 10
Vierkante Bosje 35, 3755 BE
www.mariaschooleemnes.nl
Merlin
035 - 538 68 54
Aartseveen 72, 3755 VE Eemnes
www.merlin-eemnes.nl
Hilversum
Augustinusschool
035 - 621 64 30
Kloosterlaan 11, 1216 NH
www.augustinusschool.nl
C. Hummelingschool
035 - 685 08 13
P. Planciusplein 12, 1212 BW
www.hummelingschool.nl
Junior Campus
tweetalig basisonderwijs
035 - 672 99 31
Prins Bernhardstraat 160, 1211 GK
www.basisschooljuniorcampus.nl
KinderCampus
035 - 646 94 21
W. Bontekoestraat 34, 1212 CB
www.kindercampus.nl
Montessorischool Centrum
035 - 624 75 97
Naarderstraat 100, 1211 AM
www.montessorischool-centrum.nl
Montessorischool Zuid
035 - 621 50 57
J.P. Coenstraat 41, 1215 KN
www.montessorischool-zuid.nl
Paulusschool
035 - 624 69 16
Neuweg 96A, 1214 GX
www.paulusschoolhilversum.nl
Titus Brandsmaschool
035 - 685 88 96
Lopes Diaslaan 87, 1222 VC
www.titus-brandsmaschool.nl
De Wilge
035 - 685 40 74
Cornelis Drebbelstraat 64, 1222 SC
www.dewilge.nl
De Wilgetoren
035 - 642 42 69
Kamerlingh Onnesweg 2, 1223 JK
www.dewilgetoren.nl
Laren
De Binckhorst-St. Jan
035 - 538 25 01 Eemnesserweg 17,
1251 NA
www.debinckhorst.nl
Wijdemeren
Joseph Lokinschool
035 - 656 13 70
Hollands End 8
1244 NR Ankeveen
www.josephlokinschool.nl
Jozefschool
0294 - 25 33 36
Dammerweg 7
1384 GM Nederhorst den Berg
www.jozefschoolndb.nl
St. Antoniusschool
035 - 656 10 67
Zuidsingel 50
1241 HC Kortenhoef
www.antonius-kortenhoef.nl
www.atkinderopvang.nl
Locaties Peuteropvang
KinderCampus
Bontekoestraat 34
1212 CB Hilversum
peuteropvang@kindercampus.nl
Joseph Lokin
Hollands End 8
1244 NR Ankeveen
peuteropvang@josephlokinschool.nl
Vlindertuin
Lopes Diaslaan 87
1222 VC Hilversum
peuteropvang@titus-brandsmaschool.nl
Locaties Buitenschoolse opvang
Kindercampus
Bontekoestraat 34
1212 CB Hilversum
bso@kindercampus.nl
Joseph Lokin
Hollands End 8
1244 NR Ankeveen
bso@josephlokinschool.nl
BSO de Bincken
Kerklaan 29
1251 JS Laren
bso@debinckhorst.nl
06-156 789 75
Naar de middelbare school?
Bij Alberdingk Thijm Scholen gunnen we iedere leerling een droom. Een dui-delijk beeld over jezelf in de toekomst. Om naar toe te werken. Om voor te gaan. Natuurlijk komen dromen niet zomaar uit. Daarom helpen we je om te vertrouwen op je eigen kunnen, om stap voor stap je weg te vinden en om jouw persoonlijke doelen dichterbij te brengen. Zodat je het mooist mogelijke kunt bereiken wat je in je hebt. Want daar gaat het om.
Na de basisschool op zoek naar een middelbare school? Alberdingk Thijm Scholen biedt voortgezet onderwijs op alle niveaus. Kom langs tijdens de open dagen of kijk op de website: www.atscholen.nl
GYMNASIUM/ATHENAEUM/HAVO
Alberdingk Thijm College
Sfeervol en ICT-rijk
T: 035 - 672 99 00
Locatie: Laapersveld 9, 1213 VB Hilversum
www.atchilversum.nl
IB MYP/VWO/HAVO
Laar & Berg
Learn. Discover. Inspire.
T: 035 - 539 54 22
Locatie: Langsakker 4, 1251 GB Laren
www.laarenberg.nl
IB MYP/DP
International School Hilversum
Learning Through Diversity
T: 035 - 672 99 31
Locatie: Emmastraat 56, 1213 AL Hilversum
www.ishilversum.nl
IB MYP
International School Laren
T: 035-5395422
Locatie: Langsakker 4, 1251 GB Laren
www.islaren.nl
MAVO/HAVO
St. Aloysius College
Leerling in Beeld
T: 035 - 624 74 81
Locatie: Schapenkamp 200, 1211 PB Hilversum
www.hetalc.nl
MAVO
Alberdingk Thijm Mavo
Vernieuwend Onderwijs
T: 035 - 647 98 43
Locatie: Van Linschotenlaan 503, 1212 GG Hilversum
www.alberdingkthijmmavo.nl
VMBO
Groot Goylant
Vmbo met ambitie
T: 035 - 685 00 14
Locatie: Van Linschotenlaan 501, 1212 GG Hilversum
www.grootgoylant.nl
VMBO 3 + 4
Mediaschool Hilversum
T: 035 - 712 35 45
Locatie: Prins Bernhardstraat 160, 1211 GK Hilversum
www.mediaschoolhilversum.nl